Nintendo gaf woensdag aan dat kopers van de DS er meestal maar één spelletje bij kopen, terwijl was gerekend op twee tot drie. Mede daardoor duikelde de nettowinst van de onderneming in het derde kwartaal met 43 procent 21,3 miljard yen (158 miljoen euro).

De onderneming ziet zich nu genoodzaakt haar verwachtingen voor de software te temperen. Eind maart moeten 10 miljoen DS-spelletjes zijn verkocht, tegen een eerdere doelstelling van ongeveer 15 miljoen.

De aarzelende softwareverkoop is een behoorlijke tegenvaller voor Nintendo. In de gamesindustrie zit de winst tegenwoordig op de spelletjes. De hardware wordt goedkoop en soms tegen verlies in de markt gezet, om voldoende massa te creëren voor de spellen.

Nintendo heeft het probleem gedeeltelijk zelf veroorzaakt door de spelers van de Nintendo DS de mogelijkheid te bieden hun spelletjes van de Gameboy Advance ook op het nieuwe apparaat te plaatsen. Dit is een sympathiek gebaar, maar zorgt er ook voor dat kopers voorlopig genoegen nemen met hun oude verzameling. Bovendien is het huidige softwareaanbod nog te mager.

Innovatief aan de DS is behalve een gewoon lcd-scherm een aanraakscherm waarmee de besturing in de spellen gedeeltelijk kan plaatsvinden. De software die hiervoor is ontwikkeld, komt tot dusver vooral van Nintendo zelf.

Andere spelontwikkelaars hebben aangegeven ook software voor de DS te willen ontwikkelen. Enige aarzeling is bij hen zichtbaar. Dit komt doordat ook Sony in de draagbare computers is gestapt. In Japan is inmiddels de Playstation Portable (PSP) geïntroduceerd, Europa en de Verenigde Staten volgen waarschijnlijk in maart.

Onduidelijk is nog wie het gevecht zal winnen. Zeker is dat Nintendo zijn dominante positie in de draagbare pc’s zal verliezen. Sinds 1989 was zijn Gameboy eigenlijk de enige serieuze speler op deze markt. Met de marketingkracht van Sony, dat bovendien extra’s zoals muziek en video in de PSP stopt, is dat niet meer het geval.

Nintendo-topman Satoru Iwata heeft altijd gezegd de DS en de PSP niet als elkaar concurrerende apparaten te beschouwen omdat Nintendo mikt op een nieuw publiek, terwijl Sony de traditionele gamer zou willen aantrekken. „Succes hangt af van de mate waarin we mensen die gestopt zijn met spelen weten terug te halen en of we nieuwe klanten kunnen inbrengen”, zo zei hij onlangs tegen de Japanse krant Kyoto Journal.

Critici wijzen er echter op dat de ietwat kinderlijke uitstraling van de DS toch vooral traditionele Nintendo-klanten, de schooljeugd, zal aantrekken. Het apparaat lijkt niet aantrekkelijk genoeg om een breed publiek aan te spreken. Sony heeft vanaf 1995 bewezen dat het dat wel kan met de Playstation. Het komend halfjaar moet uitwijzen of die critici gelijk krijgen.