Platform Slavernij: Curaçao moet nog steeds achterstanden inhalen
Curaçao herdenkt op 1 juli dat 160 jaar geleden de slavernij werd afgeschaft, maar de bevolking lijkt niet warm te lopen voor de plechtigheden op die dag. Volgens de organisatie Platform Slavernij en Erfenis van Slavernij is de belangrijkste vraag welke stappen er nu worden genomen om achterstanden in te lopen die het gevolg zijn van slavernij.
„Op 19 december 2022 bood minister-president Rutte namens Nederland zijn excuses aan ‘met een komma’. We moeten nu invulling geven aan wat er na de komma komt. Dat is het belangrijkste”, aldus Frank Quirindongo, voorzitter van het platform.
De achterstanden op het gebied van economie, gezondheid en onderwijs, die een gevolg zijn van slavernij, moet worden ingelopen om Curaçao sterker en weerbaarder te maken, vindt hij. Daarvoor zijn projecten nodig en beleid. Curaçao moet daarin volgens Quirindongo het voortouw nemen in overleg met Nederland, dat uiteindelijk de projecten moet financieren.
De herdenking op 1 juli lijkt niet groots te worden gevierd op het eiland. Veel mensen hebben zich de afgelopen tijd vooral verbaasd over de vele aandacht die er de laatste tijd voor slavernij is. Onder de bevolking is er ook een afwachtende houding richting eventuele excuses van koning Willem-Alexander.
Medewerkers van organisaties die zich bezig houden met de erfenis van de slavernij gaan er wel van uit dat er excuses komen, zeker na het recente rapport over de winsten die het Koninklijk Huis heeft overgehouden aan de slavernij.
Op Bonaire heeft de organisatie Nos Ke Boneiru Bek donderdag excuses van de koning gevraagd en deze „meer dan noodzakelijk” genoemd. Alleen daarmee kan iets worden gedaan aan het leed dat de slavernij heeft veroorzaakt en „de gevolgen van het feit dat Nederland zich eeuwenlang, en nog steeds, koloniaal gedraagt ten opzichte van het eiland”, aldus James Finies namens de organisatie.