AEX-index licht lager weekend in, IMCD onderuit
De AEX-index op de aandelenbeurs in Amsterdam is vrijdag met een kleine min het weekend ingegaan. Beleggers namen geen grote risico’s voorafgaand aan de rentevergaderingen van de Federal Reserve en de Europese Centrale Bank (ECB) die volgende week worden gehouden. Verder was op het Damrak chemicaliëndistributeur IMCD een opvallende daler na een winstwaarschuwing van het Britse speciaalchemieconcern Croda International.
De AEX eindigde 0,2 procent lager op 759,32 punten. De MidKap won 0,1 procent tot 916,95 punten. De hoofdgraadmeters in Frankfurt, Parijs en Londen verloren tot 0,5 procent.
Mogelijk gaat de Amerikaanse centralebankenkoepel Federal Reserve volgende week pauzeren met het verhogen van de rente om de inflatie aan te pakken. De ECB gaat naar alle waarschijnlijk de rente wel verder verhogen. ECB-president Christine Lagarde heeft namelijk al aangegeven dat de strijd tegen de hoge inflatie nog niet is gestreden.
IMCD was de grootste daler in de AEX met een verlies van bijna 6 procent en fusiebedrijf DSM-Firmenich had het ook lastig met een min van ruim 2 procent. Croda ging in Londen bijna 13 procent onderuit.
De kopgroep in de hoofdindex werd gevormd door de verzekeraars Aegon en NN Group en muziekmaatschappij Universal Music Group (UMG) met plussen tot 1,4 procent. ASML, Besi en ASMI wonnen tot 0,9 procent. De chipbedrijven profiteerden onder meer van omzetcijfers van TSMC. De grote Taiwanese chipfabrikant is een belangrijke afnemer van chipmachines van ASML.
In de MidKap was apothekentoeleverancier Fagron de grootste verliezer met een min van 1,6 procent. Logistiek vastgoedbedrijf CTP prijkte bovenaan bij de middelgrote fondsen op Beursplein 5 met een koersstijging van 2,1 procent.
UBS daalde 0,3 procent in Zürich. De Zwitserse bank heeft een akkoord bereikt met de overheid over een dekking van de verliezen die de bank zou kunnen lijden als gevolg van de redding van zijn noodlijdende branchegenoot Credit Suisse in maart. De laatste grote horde voor afronding van de overname is daarmee genomen.
De euro was 1,0751 dollar waard, tegen 1,0776 dollar een dag eerder. Een vat Amerikaanse olie kostte 0,2 procent meer op 71,42 dollar. Brentolie werd 0,3 procent duurder op 76,21 dollar per vat.