EU-landen touwtrekken over laatste twistpunten asielakkoord
De EU-landen hebben nog geen doorbraak bereikt in de jarenlange patstelling over het opvangen, terugsturen en verdelen van asielzoekers. Ze worden het vooral nog niet eens over welke landen in aanmerking komen om onwelkome asielzoekers naar terug te sturen.
De 27 lidstaten zijn „heel dicht bij” een akkoord, onderstreept Zweden, dat de vergadering van migratieministers voorzit. Er tekent zich een meerderheid af voor onder meer het beoordelen van asielzoekers meteen aan de Europese buitengrens. Wie geen kans maakt te mogen blijven zou in afwachting van de terugreis kunnen worden vastgezet. Ook over het overnemen van asielzoekers uit ‘aankomstlanden’ als Italië en Griekenland gloort overeenstemming.
Maar een aantal mediterrane landen, Italië voorop, vindt de voorgestelde criteria voor ‘terugneemlanden’ te strikt. Daardoor kan een afgewezen asielzoeker alleen worden teruggestuurd naar een land waarmee hij een sterke band heeft, zoals zijn geboorteland. Maar als dat niet meewerkt, blijft Italië ermee zitten, vreest Rome. Italië en andere landen willen asielzoekers ook kunnen terugsturen naar bijvoorbeeld een land van waaruit ze de reis naar Europa hebben ondernomen. Duitsland wil juist vasthouden aan de strikte voorwaarden.
Duitsland heeft een andere wens wel ingeslikt. Berlijn stond er aanvankelijk op dat gezinnen met kinderen niet zouden worden vastgezet in de centra aan de buitengrens. Dat zou nu wel mogelijk blijven. De mogelijke detentie van jonge mensen zorgt in Nederland zelf ook voor verdeeldheid. Het kabinet is voor deze optie, maar de Tweede Kamerfracties van de coalitiepartijen D66 en ChristenUnie willen juist niet dat gezinnen opgesloten worden.
Staatssecretaris Eric van der Burg en zijn collega-bewindslieden van de andere 26 EU-landen onderhandelen door om overeenstemming te vinden.