Cultuur & boeken
Debutant Corné Stout schrijft spannend kinderboek over de vooravond van de inwijding van de tempel van Salomo

Een priesterzoon uit Gibeon, vreemde voorvallen, verdachte personen. Corné Stouts debuut is spannend, maar de auteur hoopt vooral dat het helpt om de Bijbel beter te begrijpen.

Corné Stout. beeld Dirk-Jan Gjeltema
Corné Stout. beeld Dirk-Jan Gjeltema

Het begon allemaal op een camping in Elspeet, drie jaar geleden. Corné Stout (37) bleek zijn tent opgezet te hebben naast die van een ouderling uit zijn thuisgemeente, de gereformeerde gemeente in Nederland van Oud-Vossemeer (Tholen). Het gezin Stout was nog maar net lid van die gemeente en de mannen raakten aan de praat. Dat leverde iets op: het kersverse gemeentelid zou gaan schrijven voor de kerkbode. Voor kinderen, met een Bijbels-historische inslag.

Dat gebeurde. En het was niet het einde van het verhaal. Eerder het begin. Gemeenteleden moedigden Stout aan om een kinderboek te schrijven. Van informatieve stukjes moest een verhalend geheel worden gemaakt. „Aanvankelijk schreef ik over twee jongens. Voor het boek heb ik er een jongen en een meisje van gemaakt. Dat spreekt meer lezers aan”, aldus de direc­teur van de Rehobothschool in Stavenisse, die met zijn vrouw en drie kinderen in een gezinshuis woont, waar ook drie jongeren met het syndroom van Down leven.

En nu ligt er dus ”Mysterieuze verdwijningen bij de misjkan” (ofwel: de tabernakel). Het speelt zich af aan de vooravond van de inwijding van de tempel van Salomo. De proloog vertelt juist over een dramatische gebeurtenis zo’n honderd jaar eerder, toen Eli nog hogepriester was. De tussenliggende tijd is een cruciale periode in de geschiedenis, benadrukt Stout. „Israël werd van een theocratie een monarchie.”

De vader van de fictieve hoofdpersoon Micha is priester. Maar de grote vraag is of deze Eliëzer bij de inwijding van de tempel mag zijn. Er zijn voorwerpen verdwenen uit de tabernakel. En veel wijst erop dat hijzelf wel eens de dader zou kunnen zijn.

Het avontuurlijke gehalte in het boek is hoog, met verhaallijnen en motieven die mooi zijn uitgewerkt. De informatie is goed gedoseerd. Sommige passages zijn zonder stevige parate Bijbelkennis –bijvoorbeeld over de geslachtslijnen van de hogepriesters Eli en Zadok– best lastig te volgen. Stout: „Mijn kinderen van 10, 11 en 12 lazen het boek. Zij sloegen wel eens iets over wat ze lastig vonden. Dat deed ik vroeger ook, bijvoorbeeld bij ”Fluiten naar Sallie” van Frinsel. Pas later zag ik alle lijnen in dat verhaal. Ik hoop dat mijn boek helpt om de Bijbel beter te begrijpen. Dat kan, ik heb het gemerkt bij boeken als ”De tempelbouwers” van H. Westerink. En voor mijn literatuurlijst op de middelbare school las ik ”De komst van Joachim Stiller” van Hubert Lampo. Een wonderlijk boek. Mij liet het iets ervaren van hoe het is om te leven als de Messias op aarde zou zijn.”

Doortastend meisje

Terug naar het boek dat Corné Stout schreef. Als lezer vóél je wel dat priester Eliëzer niet schuldig is, maar het valt zoon Micha niet mee om dat te bewijzen. Iemand lijkt zijn vader dwars te willen zitten. Bij zijn zoektocht krijgt Micha hulp van de doortastende Hadássa.

Terwijl ze in de soep roerde, volgde haar blik de rook die in de schoorsteen verdween. „Wat is dat zwarte ding dat u daar in het rookkanaal hebt hangen?” (…) „Een zak wijn?” Hadássa keek verbaasd. „Waarom hangt die daar? „Over een paar maanden (…) heb ik uitstekende wijn, die ik heel duur kan verkopen.”

Auteur Stout: „Dit beeld gebruikt David in Psalm 119. Hij voelt zich als een leren zak in de rook. Ik heb wel eens gehoord dat wijn in de rook hing om hem op smaak te krijgen. Ik vind het mooi dat ik zo de betekenis kan laten zien van een Bijbelse uitdrukking. De zak vergaat bijna in de rook. Je kunt je voorstellen hoe David zich voelde! Ik weet niet van alle gebruiken die ik noem of ze destijds gangbaar waren. Ik heb het over een schrijver die zand op papyrus strooit om de inkt te drogen. Dat hoorde ik tijdens een rondleiding bij een kasteel. Ik kan me wel voorstellen dat ze zoiets deden.”

Iedereen in de stad praatte, roddelde en belasterde zijn (Micha’s, MO) vader. Maar abba leek er amper boos om te kunnen worden. Op een avond was het Micha duidelijk geworden waarom. Hij hoorde abba bidden (…). Het was eerder kermen dan bidden. (…) Maar toch klonk in de woorden van zijn gebed ook vertrouwen door. Het deed Micha denken aan een beeld van koning David in een van zijn psalmen. Een kind van een jaar of drie, dat zijn kleine hand legt in die van zijn moeder. Opeens besefte Micha wat een voorrecht dat was: je kleine mensenhand mogen leggen in die van de grote God.

„Ik denk dat ik in mijn boek eerder de geloofsbeleving van nu benader dan die van toen. Ik heb ook wel geaarzeld wat de beste weg was. In Bijbelse tijden voerde de verbondsgedachte de boventoon. Denk aan de Farizeeërs die zeiden: „Wij zijn Abrahams zaad!”

Anderzijds: in de basis zal geloven ook toen hetzelfde zijn geweest. Ellende, verlossing en dankbaarheid. Aron, hoofdpersoon uit de proloog die per ongeluk zijn vriend doodde, komt tot de ontdekking dat er vergeving voor hem is. Dat er hoop gloort dankzij een Profeet Die zal komen. Meelezers vroegen: Wisten ze toen al wel van de Messias? Ik denk dat het in die tijd net zo werkte als nu: er waren eenlingen die meer licht en meer zicht hadden dan anderen.”

Stevige thema’s

In ”Mysterieuze verdwijningen bij de misjkan” komen stevige thema’s aan bod. De fictieve Hadássa is de kleindochter van hogepriester Abjathar, die partij koos voor Salomo’s broer Adonia en niet voor Salomo. Abjathar werd daarom verbannen en mocht geen hogepriester meer zijn. Zadok, de hogepriester uit het verhaal, kwam in zijn plek. Met Abjathars familie gaat het intussen niet goed, zeker niet met zijn melaatse zoon Jóhanan, Hadássa’s vader, die in het boek voorkomt.

„Maar zo wil je toch niet sterven, Jóhanan? Als een melaatse, afgedankte zoon van de hogepriester!” „Zo wil ik wel sterven, broer. De dienst van Jahweh gaat niet om onze eer, maar om die van Hem en de beloofde Profeet. En ik ben nu gekomen om je te vragen je verzet tegen Jahweh op te geven.” Even was het stil. Maar niet lang. „Man, schei toch uit.”

„Hier gaat het over het hogere doel van God en de impact daarvan op mensenlevens. Abjathar werd uit het ambt gezet omdat hij had gekozen voor Adonai. Maar tegelijk ging zo Gods oordeel over Eli –Abjathars voorvader– in vervulling. Het priesterschap zou worden afgenomen van het huis van Eli.

Achteraf kunnen we natuurlijk makkelijk zien wie aan de goede kant stond en wie aan de foute, zoals Adonia. Maar we moeten ons ervan bewust zijn dat het op het moment zelf veel moeilijker was. Ook dat heb ik in het boek willen laten zien.”

Boekgegevens

19349894.JPG

Mysterieuze verdwijningen bij de misjkan, Corné Stout; uitg. De Banier; 192 blz.; € 11,95

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl
Meer over
Jongeren

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer