Kabinet neemt Toekomstfonds voor onderzoek mogelijk op de schop
Het Toekomstfonds, waarmee innovaties voor bedrijven worden gefinancierd, gaat mogelijk op de schop. De financiering droogt op: het fonds werd gevuld uit meevallers op de gasbaten, terwijl Nederland gaat stoppen met de gaswinning. Belangrijk is ook dat uit een evaluatie blijkt dat het fonds in zijn huidige vorm niet goed aansluit bij de doelen die het beoogt.
Het fonds is opgericht op voorstel van oud-D66-leider Alexander Pechtold in 2014. Het onderzoeksdeel van het fonds wordt gebruikt om „te investeren in fundamenteel en toegepast onderzoek”. Specifiek gaat het geld naar onderzoek en innovaties die bedrijven uiteindelijk geld opleveren.
Uit een evaluatie blijkt dat de vorm van het fonds niet het beste middel is om de doelen te halen. Het fonds is namelijk ‘revolverend’: opbrengsten van succesvolle innovaties die uit de pot zijn gefinancierd, vloeien terug in het fonds. Door de specifieke vorm van het fonds is ook lastig te zeggen of een alternatieve manier om financiering te stimuleren, zoals een subsidie of een lening, beter zou werken. Omdat niet alle investeringen geld opleveren, en geld dus soms weglekt in plaats van dat het terugkomt in het fonds, is aanvullende financiering nodig. Dat was bij oprichting overigens al voorspeld.
Hoger dan verwachte inkomsten uit de gaswinning hebben zich de afgelopen tijd ook niet voorgedaan, meldden ministers Micky Adriaansens (Economische Zaken) en Robbert Dijkgraaf (Onderwijs) aan de Tweede Kamer. Daardoor droogt het vermogen in het fonds op. Volgens de bewindslieden geeft de evaluatie al met al „aanleiding om ons te beraden op de toekomst van het onderzoeksdeel van het Toekomstfonds”. Dit zal wel enige tijd vergen, aldus de bewindspersonen. In het najaar zullen zij de Tweede Kamer op de hoogte brengen van de ontwikkelingen.