Rust in Christus
Hebreeën 4:3a
„Want wij, die geloofd hebben gaan in de rust, gelijk Hij gezegd heeft …”
De zondaar ziet zijn geval als hopeloos. Maar als hij hoort van de Zaligmaker Die bekwaam is hem van alles te verlossen, ontvangt hij het geloof door Gods Geest, en verlaat hij zich op Hem en wentelt zijn weg op de Heere. De zondaar verwacht zaligheid van Hem overeenkomstig het Woord van Zijn genade. „Maar wij geloven door de genade van de Heere Jezus Christus zalig te worden” (Handelingen 15:11). Want het Evangelie is een belofte die aan zondaars wordt voorgehouden, opdat zij het zouden geloven. Het is een belofte van leven en zaligheid. Het wordt genoemd de belofte van „in Zijn rust in te gaan” (Hebreeën 4:1). Het geloof, vertrouwend op de belofte, verwacht de vervulling daarvan. De zondaar, gelovend in Christus, verlaat zich op Hem alleen, geheel en voor eeuwig. Zo ziet de zondaar af van alle verwachtingen van vrede voor zijn geweten door de wet, en verwacht de rust alleen van de gekruiste Christus. Hij verwerpt al zijn daden en boete als grond van vertrouwen voor God. Hij rust enkel en alleen in het bloed en de gerechtigheid van Christus. De oneindigheid van de persoon van de Middelaar overreedt hem van de gepastheid en de genoegzaamheid van Christus’ gerechtigheid om erop te rusten, en het Woord van belofte geeft hem verwachting dat Christus gewillig is er hem mee te voorzien.
Thomas Boston, predikant te Ettrick
(”Derde zevental preken”, 2005)