Ex-gevangene als koning van Cambodja
Norodom Sihamoni is koning in het land waar hij ooit gevangenzat: Cambodja. Zondag werd hij 70 jaar.
De woonplaats van de monarch is ook zijn geboorteplaats: Brhat Karuna Brhat Pada Samdach Brhat Paramanatha Naradharma Simhamuni –zoals de vorst, een hele mondvol, eigenlijk heet– kwam op 14 mei 1953 ter wereld in de Cambodjaanse hoofdstad Phnom Penh. Hij woonde daar echter niet altijd: hij was jarenlang student in Praag en balletleraar in Parijs. Ook in Noord-Korea heeft hij nog gestudeerd, totdat hij naar huis gelokt en opgesloten werd.
Cambodja is al eeuwenlang een monarchie, maar het koningschap werd er vaak onderbroken. Sommige monarchen kwamen wel drie of vier keer op de troon.
In de negentiende eeuw kregen de Fransen het voor het zeggen in Zuidoost-Azië en zij perkten de macht van de koning steeds meer in. Wegjagen deden ze hem echter niet.
In 1941 bezetten de Japanners Frans-Indochina, waartoe Cambodja behoorde. Ze lieten het bestuur van hun bondgenoot Vichy-Frankrijk intact, inclusief het koningschap van Sisowath Monipong. Toen hij op 23 april 1941 overleed, nam zijn kleinzoon Norodom Sihanouk (1922-2012) zijn plaats in.
Socialistisch
Die had een bijzondere loopbaan. Eerst bestuurde hij zijn land onder Franse vlag. In oktober 1953 werd Cambodja een onafhankelijk koninkrijk. In 1955 trad Sihanouk als koning af ten gunste van zijn vader, Norodom Suramarit. Maar Sihanouk hield de feitelijke macht in handen, want in de jaren 1955-1957 was hij –ook weer met onderbrekingen– minister-president.
Nadat zijn vader in 1960 overleed, waren er enkele interimstaatshoofden, maar al in juni 1960 nam de oud-koning en oud-premier zelf het staatshoofdschap op zich. Zonder dat hij weer koning heette.
Vanwege Sihanouks socialistische experimenten en de diep in de samenleving ingevreten corruptie besloot premier Lon Nol –een pro-Amerikaanse generaal– het staatshoofd in maart 1970 aan de kant te schuiven en zelf president te worden. Voor Sihanouk restte ballingschap in China, onder bescherming van Mao Zedong.
In zijn vaderland kwam in 1975 de communistische Rode Khmer aan de macht. Sihanouk werd toen weer staatshoofd, maar werd een jaar later alweer afgezet. Later zat de ex-koning opnieuw als balling in China. In 1991 werd hij weer president. En in 1993 opnieuw koning.
Ditmaal was de omwenteling definitief. Norodom Sihanouk bleef koning totdat hij rond zijn 82e verjaardag aftrad.
Teruggelokt
Cambodja kent geen erfopvolging en ook geen kroonprins. De Koninklijke Raad van de Troon kiest de opvolger van de troon uit de mannelijke leden van de familie die 30 jaar of ouder zijn en afstammen van koning Ang Duong. Ook moeten ze boeddhist zijn.
De afgetreden koning had twee zonen. De oudste, Norodom Chakrapong, was als vicepremier verbannen omdat hij verdacht werd van betrokkenheid bij een moordaanslag op Hun Sen. Die is al sinds 1985 premier, inmiddels 38 jaar.
De jongste koningszoon, Norodom Sihamoni, kreeg de troon. Dat was op 29 oktober 2004. De nieuwe monarch was niet echt voor zijn functie opgeleid: hij had muziek, dans en film gestudeerd. Vijftien jaar was hij daarvoor buitenslands geweest. De Rode Khmer lokte hem in 1977 naar huis en sloot hem bij zijn familie op in het koninklijk paleis van Phnom Penh.
De prins gaf later balletles in Parijs. Maar inmiddels staat hij in zijn vaderland aan het hoofd van de staat. De koning heeft een ceremoniële functie, maar die is wel belangrijk in een land dat jarenlang door burgeroorlogen en onderdrukking werd geteisterd.