Europese resolutie teken van hoop voor christenen in Nigeria
Christenen hebben het zwaar in Nigeria, het land met de grootste bevolking en economie van Afrika. Ze lijden onder geweld en veroordelingen op grond van blasfemiewetten. Vanuit het Europees Parlement klinkt echter steun.
Sinds 2022 heeft Nigeria de twijfelachtige eer wereldwijd koploper te zijn in het vervolgen van religieuze minderheden, vooral van christenen. Gemiddeld vinden in het land elke dag dertien christenen de dood wegens hun geloof. Maar liefst 90 procent van alle christenen die vorig jaar in de wereld werden vermoord, gold Nigerianen. Een trieste realiteit: achter deze getallen gaan even veel bijzonder droevige verhalen schuil.
Herinneren we ons Deborah Yakubu, de jonge Nigeriaanse studente die in mei 2022 overleed na steniging door haar medestudenten, die vervolgens haar lichaam in brand staken? Louter omdat ze, na voor een examen geslaagd te zijn, Jezus had bedankt. Haar verhaal haalde het nieuws, onder meer omdat het Europees Parlement destijds, volkomen onbegrijpelijk, had geweigerd deze zaak aan te kaarten. Het is maar één van de vele verhalen die, elke dag, zoveel leed veroorzaken.
Op 20 april echter kwam er uit het Europees Parlement een teken van hoop voor christenen en voorstanders van wereldwijde godsdienstvrijheid. Met een ruime meerderheid werd een glasheldere resolutie aangenomen waarover ik, namens de fractie van de Europese Conservatieven en Hervormers (ECR), mocht meeonderhandelen. Die resolutie roept Nigeria op om de blasfemiewetten af te schaffen, vooral naar aanleiding van de zaak van Yahaya Sharif-Aminu.
Ongrondwettelijk
Yahaya is een 22-jarige muzikant die drie jaar geleden door een shariarechtbank in Nigeria ter dood veroordeeld werd, achter gesloten deuren en zonder advocaat. Hij zit sindsdien onafgebroken in de cel. Zijn misdrijf? Via WhatsApp een lied verspreiden dat sommige moslims als ”godslasterlijk” bestempelden.
Voor alle duidelijkheid: Yahaya zelf is moslim. Alleen behoort hij tot de soefi-stroming, een minderheid in Nigeria die, net als christenen, het slachtoffer is van zogeheten blasfemiewetten. Dit zijn wetten die, bij toepassing van de shariawetgeving, dood door ophanging voorschrijven voor wie zich schuldig maakt aan ”godslastering”. In de praktijk worden deze wetten systematisch gebruikt om religieuze minderheden te vervolgen. Het louter bestaan van de wetten leidt al tot veel grof geweld tegen of het vermoorden van leden van religieuze minderheden, zonder enige berechting.
Gelukkig wordt de verdediging van Yahaya moedig gedragen door de Nigeriaanse advocaat Kola Alapinni, die daarbij wordt ondersteund door de christelijke mensenrechtenorganisatie ADF International. Hopelijk doet het Nigeriaanse Hooggerechtshof snel een uitspraak. Deze zaak is van bijzonder groot belang. Voor het eerst namelijk kan het Hooggerechtshof nu de Nigeriaanse blasfemiewetten ongrondwettelijk verklaren en erkennen dat deze wetten volkomen in strijd zijn met de rechten van de mens.
Gerechtigheid
Een gunstige uitspraak zou daarom niet alleen gerechtigheid doen geschieden voor Yahaya zelf. Ze zou ook een historisch voorbeeld vormen, waarop christenen en andere minderheden zich zouden kunnen beroepen.
Dit kan verregaande gevolgen hebben. Gevolgen waartoe het Europees Parlement in duidelijke termen oproept: van de onmiddellijke vrijlating van alle ”blasfemiegevangenen” tot het uiteindelijk afschaffen van deze onrechtvaardige wetten. Een niet onbelangrijk gegeven: dit alles in een land met 218 miljoen inwoners en met de grootste economie van het Afrikaanse continent. Precies daarom heb ik, samen met mijn collega-Europarlementsleden, mijn schouders onder de resolutie van het Europees Parlement gezet.
We hebben veel bedenkingen bij hoe een meerderheid van het Europees Parlement denkt over mensenrechten (bijvoorbeeld dat abortus een mensenrecht zou zijn), maar de stemming over Nigeria verdient steun. Het is een belangrijke stap in de goede richting.
Laten we hopen dat de Nigeriaanse autoriteiten er spoedig gevolg aan geven. Zodat meerderheden en minderheden in Nigeria in alle vrede mogen samenleven. En dat ook christenen er, vrij van angst en vervolging, hun geloof zouden kunnen beleven en belijden.
De auteur is lid van het Europees Parlement namens de SGP.