Weerwind: conclusies Rekenkamer helaas herkenbaar
Minister Franc Weerwind (Rechtsbescherming) noemt de felle kritiek van de Algemene Rekenkamer op de falende jeugdbescherming „helaas herkenbaar”. Sinds het aantreden van het kabinet-Rutte IV is de minister samen met staatssecretaris Maarten van Ooijen (Jeugdzorg) echter hard aan de slag gegaan om de jeugdbescherming te verbeteren, laat hij via zijn woordvoerder weten. „Dat kost tijd.”
Een van die maatregelen is de recente afspraak om de werkdruk voor jeugdbeschermers en jeugdreclasseerders te verlagen, zegt de woordvoerder. Ook experimenten in een tiental gemeenten om in gezinnen met grote problemen gerichte hulp in te zetten, om daarmee uithuisplaatsing van een kind te voorkomen, zijn volgens hem veelbelovend.
In een donderdag verschenen rapport concludeert de Rekenkamer dat de bewindslieden hun rol als verantwoordelijken voor het jeugdstelsel lang niet goed hebben ingevuld. Ook is er nog steeds geen zicht op structurele verbetering van de jeugdbescherming.
Weerwind en Van Ooijen gaan kijken of ze de „stevige aanbevelingen” van de Rekenkamer kunnen overnemen, zegt de woordvoerder van Weerwind. Zo moet onder meer duidelijk worden gemaakt waar kinderen met een beschermingsmaatregel minimaal op kunnen rekenen, wie dat moet doen en wat er gebeurt als de afspraken niet worden nageleefd. Het kabinet moet daarnaast met gemeenten afspraken maken over het aanleveren van gegevens, zodat er een landelijk beeld van de kwaliteit en de toegankelijkheid van jeugdbescherming ontstaat. Daar ontbreekt het nu aan, zegt de Rekenkamer.
De Rekenkamer heeft er, in tegenstelling tot de bewindspersonen, geen vertrouwen in dat de lopende initiatieven de problemen in de jeugdbescherming zullen oplossen. Weerwind en Van Ooijen verwijzen onder meer naar de zogeheten Hervormingsagenda, waarin rijk, gemeenten en zorgverleners afspraken moeten maken over de kwaliteit en betaalbaarheid van jeugdzorg. Die afspraken hadden er al ruim een jaar geleden moeten liggen, maar rijk en gemeenten steggelen al maanden over financiën.
„Snoeiharde maar terechte respons van de Rekenkamer op het door de regering uitgesproken vertrouwen dat ze de problemen in de jeugdbescherming onder controle hebben”, twittert SP-Kamerlid Peter Kwint. GroenLinks-Kamerlid Lisa Westerveld noemt de „kei- en keiharde conclusies van de Rekenkamer” zo herkenbaar „maar tóch opnieuw confronterend. Want hoeveel instanties moeten nog alarm slaan voordat het kabinet de regie neemt?”, twittert het Kamerlid.