Een verrassing was de uitslag van de stemming in de gemeenteraad donderdagavond niet. De raadsleden debatteerden er niet meer over, de kaarten waren al geschud. Elf raadsleden steunden het initiatiefvoorstel van Progressief Ermelo voor de beperkte zondagopenstelling. Het CDA, de SGP en de ChristenUnie waren met negen stemmen tegen. Een CDA-raadslid had zich wegens ziekte afgemeld.

Een motie voor een representatief onderzoek naar de behoefte in Ermelo aan zondagsopening, eerder door het CDA aangekondigd, kwam niet op tafel. „We hadden graag willen peilen of de Ermeloërs het wel noodzakelijk achten dat de supermarkten opengaan. Vindt meer dan de helft dat niet, dan lost het voorstel geen probleem op. Helaas kregen wij de handen niet op elkaar voor een dergelijk onderzoek”, verklaarde het CDA. De fractie benadrukte de maatschappelijke waarde van zondagsrust. „Als er iets nodig is in onze op hol geslagen 24-uurseconomie is het een collectieve dag van rust, voor menigeen een dag van aanbidding en kerkgang, van samen eten en tijd voor ontmoeten.”

De zondag is „een geschenk van Boven tot ons welzijn”, onderstreepte de SGP, die betreurde dat de zondagsopenstelling bij de vorming van de huidige coalitie als een vrije kwestie was bestempeld. „Ze had blijkbaar niet genoeg prioriteit om haar als breekpunt op tafel te houden en wellicht andere mogelijkheden te onderzoeken. Progressief Ermelo heeft ons verrast. Ze had consuminderen en energiebesparing altijd hoog in het vaandel. Dan past een voorstel voor meer openingsuren en meer 24-uurseconomie niet echt. Het maakt PE er niet geloofwaardiger op.”

Coalitiepartij Eén-Ermelo juichte het juist toe dat niet bij de collegevorming over de zondagopenstelling is beslist. „Deze discussie betreft principiële opvattingen. Elkaar overtuigen gaat dan niet meer. Bij coalitievorming kom je er dan gewoon weleens achter dat je over een onderwerp zozeer van mening verschilt, dat je zegt: Daar gaat de gemeenteraad, als hij dat wil, zelf maar mee aan de slag. Dat is wat hier gebeurt.”