Moeten we ons als christenen terugtrekken uit de wereld of er juist bewogen mee zijn?
Zouden we als bijbelgetrouwe christenen ons meer moeten terugtrekken uit de wereld? Samenleven in kloosterachtige gemeenschappen, om te voorkomen dat we de Bijbelse leefwijze verliezen?
De Amerikaanse conservatief-christelijke schrijver Rod Dreher doet dit voorstel, in navolging van Benedictus van Nursia uit de 4e eeuw. Deze trok zich terug uit Rome in een grot in het bos. Anderen voegden zich bij hem en na jaren ontstond een kloosterorde, die uiteindelijk door heel Europa leidde tot een heroriëntatie op Gods Woord en op christelijke barmhartigheid.
Zo’n ”terugstap” hebben wij misschien ook nodig. Hebben we niet veel meer concentratie nodig op het zoeken van een leven met de Heere en de verwachting van Zijn rust? Wat betekent het als ons leven voortdurend in de schaduw zou staan van het toekomende leven? Werk is dan een roeping voor onderweg. Gaven, hobby’s en familie: dankbaar ontvangen geschenken, waarmee we ook iets hebben om terug te geven. Ons lichaam en ons huis niet meer dan tijdelijke tenten. Tegenslag, verlies en verdriet: roepstemmen om omhoog te zien. Onrecht, haat en nijd: beproevingen tot zelfverloochening (en soms reden om onze verantwoordelijkheid te nemen voor recht en trouw in Gods wereld). Ellende bij mensen om ons heen is dan een harde waarschuwing dat hier de rust niet is, en een gelegenheid om iets te weerspiegelen van Christus’ innerlijke ontferming (zie Calvijn, Institutie, III.9).
En in de politiek en bij verkiezingen? Onder christenen zijn er in onze tijd twee uitersten, met alles wat er tussen zit. Wanneer we het toekomende leven op waarde schatten, wordt (in mijn beleving) ook hier duidelijk wat we moeten kiezen.
Voor links georiënteerden hebben we vooral een taak in de wereld, zoals voor het klimaat en tegen onderdrukking. Voor rechtse rakkers is bijna geen middel te grof om het grote gevaar van de onchristelijke ideologieën bij de Haagse elite te ontmaskeren, en zijn de christelijke partijen te soft en te nederig. Deze laatsten vergeten het toekomende leven door te focussen op een krampachtige strijd voor ons tijdelijk bestaan, in de vorm van bestaanszekerheid of cultuur, terwijl populisten vaak liefde en respect laten varen. (Dat laatste valt mee bij BBB, maar ook die partij heeft een éénzijdige focus.)
Dat betekent overigens niet dat het linkse uiterste verkieslijk is. Ambitieus overheidsoptreden voor de aarde of de medemens, waarbij de grenzen van de staat vaak vergeten worden, brengt ons ook op het droomspoor van de aardse heilstaat.
Voor wie het allereerst te doen is om het toekomende leven, staat een expliciet christelijk getuigenis op nummer één, naast Bijbelse waarden, en ruimte voor instellingen en onderwijs op Bijbelse grondslag.
En als de politiek zich blijft keren tegen sommige Bijbelse waarden in maatschappelijke instellingen, zoals op school? Binnen ongeveer vier maanden verwachten we de reactie van het kabinet op de Kamermoties uit 2021. Die moties kwamen erop neer dat de (reformatorische) identiteitsverklaringen van scholen verboden zouden moeten worden. Het was altijd onbetwist dat een school -ten behoeve van de ouders- een (godsdienstige) identiteit kan verwoorden en uitdragen. En ook dat dit overtuigingen kunnen zijn die de meeste landgenoten fout vinden. En ook dat de school van de ouders instemming kan vragen met die identiteit. Allemaal kernelementen van de grondwettelijke onderwijsvrijheid. Maar veel partijen vinden dat kinderen met homoseksuele gevoelens onmogelijk veilig kunnen zijn op een school waar over seksualiteit wordt gesproken als iets voor het huwelijk tussen man en vrouw.
Leidt dit tot onverteerbare verplichtingen dan weet ik maar één gedachte die ook dan rust geeft – in combinatie met een beheerst én vurig overtuigd verdedigen van de rechten en de ruimte voor christelijk onderwijs: De gedachte aan het toekomende leven. En om die gedachte levend te houden hebben we ook elkaar nodig in gezin, kerk en school. Die terugtrekkende beweging van Benedictus heeft ons iets te zeggen. Juist voor méér afhankelijkheid van Gods Geest en méér bewogenheid met de wereld om ons heen.
De belofte om in Zijn rust in te gaan, is ons nagelaten! Laat ons dan vrezen, opdat niet iemand van ons achterblijft, verhard wordt door het bedrog, de verleiding van de zonde (Hebreeën 4:1).
De auteur is advocaat bij BVD advocaten.