De conferentie begon vrijdag in Madras met een minuut stilte ter nagedachtenis van de slachtoffers van de aardbeving op tweede kerstdag. John van Dijk van Dordt College (VS) zei in zijn openingstoespraak dankbaar te zijn dat de organisatie de conferentie heeft door laten gaan. „In deze tijd van een nationale ramp is het goed om de harten te troosten van hen die schreeuwen naar de hemel.”

Er zijn in Madras ruim zeventig deelnemers aanwezig uit zestien landen uit de Aziatische regio en Oceanië. Iapche, dat staat voor de International Association for Promotion of Christian Higher Education (gevestigd in Dordt College in de Verenigde Staten), houdt tot en met maandag een conferentie met als doel een nieuwe visie te ontwikkelen op christelijk hoger onderwijs in een multireligieuze samenleving, en dan toegespitst op de Aziatische regio.

Dr. K. Rajaretnam uit India, leider van een netwerk van christelijk onderwijs, onderstreepte het belang van deze regio, waar drievijfde van de wereldbevolking woont, voornamelijk in de landen India en China. De kwestie van de dialoog tussen christenen en niet-christenen, een van de thema’s van de conferentie, noemde hij echter achterhaald omdat de Aziatische samenleving juist uitgesproken multireligieus is geworden. Kenmerken van de identiteit van christelijke hoger onderwijs zijn volgens hem vooral maatschappelijke relevantie en academisch niveau.

De maatschappelijke relevantie vond hij vooral belangrijk in de strijd tegen armoede. „Meer dan 50 procent van de bevolking van India bevindt zich in een situatie van absolute armoede. Armoede wil zeggen: analfabetisme, geen werk en vooral honger. Dat zijn de pijnen van onze bevolking.

We hebben de opdracht van Jezus Christus voor deze mensen te zorgen, omdat Hij de armen en verdrukten opzocht. Kerken in India verstaan deze boodschap vaak niet. Ze zijn blij dat ze mensen kunnen dopen en hun een plaats kunnen geven in de kerk. Zij veronachtzamen ook het feit dat een deel van India compleet als slaven van de maatschappij werkt”, zo verwees hij naar het onderdrukkende kastensysteem.

Prof. dr. J. Dinakarlal (Scott Christian College in de deelstaat Tamil Nadu) prees de inzet van de Europese zendelingen in het verleden om in Azië naast de zending direct met het onderwijs te starten. „Kerstening was nooit een prioriteit van deze instituties, noch om daardoor bekeringen te bewerken. Hun onderwijs stond open voor mensen van andere religies en heeft daardoor een goede bijdrage geleverd in de strijd tegen sociale uitwassen, zoals het verbranden van de vrouw direct na het overlijden van haar man. De christenen hebben het onderwijs bevorderd zoals niemand dat gedaan heeft.” Doel van het christelijk hoger onderwijs is volgens hem bewogenheid voor mensen te laten zien. Het leven van Moeder Teresa was voor hem een voorbeeld.

Christelijke instellingen moeten echter hun identiteit niet verloochenen, maar vooral de onderbedeelden zien te bereiken. „Duizenden mensen in de Aziatische landen gaan naar bed zonder zelfs één maaltijd per dag. Als we geen programma’s hebben die beantwoorden aan de behoeften van deze armen of ingaan op de noodkreten van deze mensen, zullen onze instellingen hun relevantie en christelijke identiteit verliezen.”

Zaterdag presenteren diverse afgevaardigden hun verslagen over het christelijk onderwijs in de landen waar ze wonen. Maandag volgt de afronding in de vorm van enkele slotverklaringen.