Bevolking Oost-Timor kiest president
Door een president te kiezen heeft Oost-Timor zondag de laatste stap gezet op weg naar echte onafhankelijkheid.
De uitslag was niet direct bekend, maar al lang voor de verkiezingen twijfelde niemand eraan dat voormalig verzetsleider Xanana Gusmao de eerste president van Oost-Timor zou worden. De enige andere kandidaat, Francisco Xavier do Amaral, zei woensdag al dat hij erin berustte dat hij zou verliezen en de twee kandidaten liepen zondag gearmd het stembureau binnen.
De verkiezingen, waarop werd toegezien door meer dan 2.000 buitenlandse en Oost-Timorese waarnemers, verliepen zonder geweld of onregelmatigheden. Het hoofd van de waarnemersmissie van de Europese Unie, John Bowis, zei dat de medewerkers van de stembureaus zowel in de hoofdstad Dili als daarbuiten goed werk hadden verricht. Ook zei hij dat de opkomst hoog was. De einduitslag wordt pas woensdag bekend, maar de eerste uitslagen worden maandagavond verwacht. Velen denken dat zo’n 80 procent van de kiezers op Gusmao heeft gestemd. De president en zijn regering nemen op 20 mei het roer over van de door de Verenigde Naties geleide overgangsregering die Oost-Timor in september vorig jaar kreeg als opvolger van het na het referendum van 1999 geïnstalleerde VN-bestuur.
De 55-jarige Gusmao wordt door een groot deel van de bevolking al als leider van Oost-Timor beschouwd. Jarenlang leidde hij de guerrillastrijd tegen de Indonesische overheersing. In 1992 werd hij opgepakt, waarna hij zeven jaar gevangen zat in de Indonesische hoofdstad Jakarta. Hij heeft gezegd als president in de eerste plaats te zullen streven naar economische groei voor zijn land. Oost-Timor is een van de armste landen van Zuidoost-Azië. Buiten de hoofdstad Dili is er vrijwel geen infrastructuur en de meesten van de 800.000 inwoners zijn straatarm. Met behulp van Amerikaanse en Australische maatschappijen wordt er momenteel voor de kust naar olie en gas geboord. Als andere toekomstige inkomstenbronnen worden het toerisme, de landbouw en de koffie-export genoemd. Economen denken evenwel dat het land nog jaren afhankelijk zal blijven van buitenlandse hulp.
Do Amaral was in 1975 negen dagen president nadat er een eind was gekomen aan de Portugese koloniale overheersing en voordat Indonesië het gebied op 7 december was binnengevallen. Hij heeft gezegd dat hij alleen maar aan de verkiezingen meedeed om ervoor te zorgen dat de 440.000 kiezers iets te kiezen hadden.
De bevolking van Oost-Timor koos in augustus 1999 per referendum voor onafhankelijkheid. Na afloop van het referendum trokken pro-Indonesische milities, geholpen door het Indonesische leger, een spoor van geweld en verwoesting in het gebied. Met de komst van een door Australië geleide vredesmacht kwam er na een maand een eind aan het geweld.