Onderzoek naar mogelijkheid thuisbehandeling op spoedeisende hulp
Op de spoedeisende hulpafdelingen van 38 ziekenhuizen verspreid over Nederland vindt donderdag een onaangekondigd onderzoek plaats. Mensen die op spoedeisende hulp (SEH) binnen zijn gekomen wordt gevraagd wat ze vinden van thuismonitoring. Het onderzoek wordt geleid door het Maastricht UMC+ en het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC).
Wie op de SEH belandt, wordt vaak opgenomen in het ziekenhuis, leggen de onderzoekers uit. Maar patiënten kunnen ook vanuit huis in de gaten worden gehouden. Dat scheelt weer een bed in het toch al steeds drukker wordende ziekenhuis.
De onderzoekers willen achterhalen hoe patiënten denken over zo’n thuisbehandeling. „We vragen hen of ze met hulpmiddelen naar huis zouden willen én kunnen”, legt Davy van Dam uit. Hij is internist acute geneeskunde in opleiding aan het MUMC+. „Ook vragen we naar de mogelijkheden die zij hiervoor in huis hebben en of ze zich capabel en fit genoeg voelen om met monitoringapparatuur om te gaan.” Want of thuisbehandeling mogelijk is, hangt af van de ziekte, maar ook van de vraag of patiënten zich er wel veilig bij voelen en of ze de apparatuur die ze meekrijgen kunnen bedienen.
De vragen worden voorgelegd aan patiënten die donderdag met een acute aandoening op een SEH belanden en mensen die een dag eerder na binnenkomst op de SEH in het ziekenhuis zijn opgenomen. Ook de mening van artsen wordt meegenomen in het onderzoek. De resultaten worden voor komende zomer verwacht.