Opsporingsbelang botst met privacy in debat over anti-witwaswet
Privacywaakhond Autoriteit Persoonsgegevens (AP) staat in het debat over de anti-witwaswet van minister Kaag (Financiën) lijnrecht tegenover verschillende partijen die aanvullende regelgeving willen om criminele geldstromen te onderscheppen.
Voorstanders van de wet zijn de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB), het openbaar ministerie (OM), anti-witwasorganisatie Financial Intelligence Unit (FIU) en samenwerkingsverband tussen banken Transactie Monitoring Nederland (TMNL). De organisaties waren donderdag in de Tweede Kamer om in een rondetafelgesprek hun standpunt toe te lichten. Minister Kaag diende de Wet plan van aanpak witwassen eind vorig jaar in bij de Kamer. Die is nu aan zet om er een oordeel over te vellen.
De wet regelt onder meer dat banken gezamenlijk de transacties van burgers en bedrijven kunnen gaan monitoren. Dat willen ze uitbesteden aan een derde partij. De opdrachtnemer krijgt dan anoniem de transactiedata binnen, laat er een model op los, en beziet of er bij rekeninghouders verdachte patronen boven water komen.
Op dit moment monitort iedere bank individueel de betalingen van cliënten. Dat is echter niet voldoende en kan ook veel doelgerichter, redeneren banken. Criminelen die witwassen doen dat doorgaans niet bij een en dezelfde bank, maar benutten routes via verschillende banken. Daarom is het volgens de NVB van belang de krachten te bundelen.
Er is nog een reden voor banken en opsporingsdiensten om aanvullende regelgeving toe te juichen. De meldingen die banken doen −voortvloeiend uit de verplichtingen en mogelijkheden onder de huidige regelgeving− leveren vaak vals alarm op. Volgens de NVB is met 95 procent van de meldingen uiteindelijk niets aan de hand.
De omvang van criminele geldstromen is niet gering. Uit onderzoek is gebleken dat er in Nederland jaarlijks voor 16 miljard euro wordt witgewassen.
De Autoriteit Persoonsgegevens zet echter alle zeilen bij om de Tweede Kamer ervan te overtuigen dat de anti-witwaswet niet in de haak is. „Ik zeg het maar even heel duidelijk”, richtte AP-voorzitter Wolfsen zich rechtstreeks tot de Kamerleden, „als de wet in deze vorm ongewijzigd wordt aangenomen, leidt dat tot onrechtmatige inmenging in grondrechten van burgers. In deze vorm kunt u de wet niet aannemen, want het is onrechtmatige wetgeving.”
Wolfsen voegde daaraan toe dat de wet naar inschatting van zijn organisatie geen stand zal houden bij de rechter. „In deze vorm kan de wet onze toets niet doorstaan en we hopen dat we daarin gesteund zullen worden door de rechter. Op dit moment vertrouwen we daar wel op.”
Pijn
De AP-voorzitter is bezorgd over de inbreuk die de wet maakt op het recht op privacy. Het gaat de privacywaakhond te ver dat de wet de ruimte biedt dat één partij de transacties van alle banken gaat volgen. „Daar zit de pijn”, aldus Wolfsen. „Dat mag niet bij grondwetgeving.”
Volgens Wolfsen valt het ook niet op te lossen door een scala aan maatregelen die anonimiteit waarborgen en gegevensbescherming garanderen. „Ik twijfel er niet aan dat het buitengewoon zorgvuldig gaat. Toch kan het dan een onrechtmatige inbreuk zijn op de privacy.”
De Autoriteit Persoonsgegevens staat niet alleen in haar kritiek op de anti-witwaswet. Ook de Raad van State, de belangrijkste adviseur van de regering, oordeelde in een eerder advies dat minister Kaag het gezamenlijk monitoren van transacties uit de wet zou moeten schrappen. „De massale schaal waarop banktransacties gezamenlijk zullen worden gemonitord, is ongekend en betekent een vergaande inbreuk op de vertrouwelijkheid van zakelijke en particuliere cliëntgegevens”, stelde de Raad.
Belangrijke kanttekening daarbij is dat deze kritiek geldt voor een eerdere versie van de wet. Naar aanleiding van het advies van de Raad van State heeft minister Kaag de wet aangepast. Over de huidige versie van het wetsvoorstel wilde de Raad donderdag geen oordeel vellen.