Zing vrolijk
Jesaja 54:1
„Zing vrolijk, gij onvruchtbare, die niet gebaard hebt! Maak geschal met vrolijk gezang en juich, die geen barensnood gehad hebt! Want de kinderen der eenzame zijn meer dan de kinderen der getrouwde, zegt de Heere.”
Als Hij zei: „Verheug u, onvruchtbare en gij die geen kinderen hebt”, dan is dit met het oog op ons gezegd. Onze kerk was immers onvruchtbaar vóór haar kinderen werden geschonken.
Als Hij zei: „Roep, gij die niet in weeën ligt”, dan wordt bedoeld: Draag uw gebeden met een zuiver hart op aan God, opdat we de moed niet verliezen als vrouwen die weeën hebben.
Als Hij zei: „Omdat de kinderen van de eenzame groter in aantal zijn dan van haar die een man heeft”, dan wordt dat gezegd omdat ons volk door God verlaten scheen. Maar nu, nu we tot geloof gekomen zijn, zijn we groter in aantal dan zij die God schenen te bezitten.
Een andere Schriftplaats zegt: „Ik ben niet gekomen om rechtvaardigen te roepen, maar zondaars.” Dat betekent dat men moet redden die verloren gaan. Want dit is groot en wonderbaarlijk, dat men niet versterkt die staat, maar die valt. Zo wilde ook Christus dat doen. Hij kwam het verlorene redden en Hij redde velen, omdat Hij kwam en riep toen we reeds bezig waren verloren te gaan.
Clemens, kerkvader in Alexandrië
(”Tweede brief aan de Korintiërs”, 2e eeuw)