Onderzoek astma door gas komt milieuclub goed uit
Tienduizenden kinderen hebben astmasymptomen door koken op gas, meldden diverse media deze week. Volgens critici is dat propaganda om mensen van het gas af te krijgen. In hoeverre hebben zij gelijk?
Sommige reacties op het nieuwsbericht zijn sceptisch. „We koken al honderd jaar op gas. Nu Brussel en Den Haag ons van het gas af willen krijgen, komen wetenschap en media opeens met dit soort berichten”, twitterde journalist Eric van de Beek maandag. „Propaganda van de klimaatlobby”, mailde een lezer naar de redactie van deze krant.
Wat critici in hun overtuiging sterkt, is het feit dat de organisaties die met het rapport op de proppen kwamen –Clasp en EPHA– van het gebruik van gas af willen. In november deden ze een oproep aan de Europese Commissie om het gebruik van gaskooktoestellen via strengere regelgeving aan banden te leggen. De uitkomst van het TNO-rapport waarop de organisaties zich baseren, komt hen goed van pas.
Onafhankelijk
Hebben hun agenda’s de resultaten van het TNO-rapport beïnvloed? Nee, stelt TNO-onderzoeker ir. Piet Jacobs, die de studie in opdracht van –en gesponsord door– Clasp heeft uitgevoerd. „Het maakt mij niet uit wie mij een opdracht geeft. Ik probeer zo onafhankelijk mogelijk verslag te doen.”
Of Jacobs het rapport ook zou hebben gepubliceerd als hij géén verband tussen astma en koken op gas had gevonden? „Ja, maar die uitkomst verwachtte ik niet. Ik roep al jaren dat koken op gas bij kinderen een verhoogd risico op astma geeft. In 1977 verscheen er al een studie over. En in 2010 publiceerde de WHO een rapport waaruit bleek dat het gebruik van een gasfornuis samenhangt met een 20 procent verhoogd risico op longklachten bij kinderen. De risico’s blijken nu alleen groter dan vooraf ingeschat.”
De TNO-wetenschapper maakte voor zijn onderzoek onder meer gebruik van percentages uit een overzichtsartikel uit 2013. De auteurs van dit artikel kwamen na analyse van 41 studies tot de conclusie dat kinderen in huishoudens waar op gas wordt gekookt een 24 procent grotere kans hebben op astma vastgesteld door een arts. Het risico is zelfs 42 procent hoger als het gaat om astmatische klachten die mensen zélf rapporteren.
Omdat in een op de drie huishoudens in de Europese Unie op gas wordt gekookt, zou 12 procent van de gevallen van zelfgerapporteerde astma te relateren zijn aan koken op gas. Voor Europa komt dat neer op ruim 770.000 kinderen, zo berekende Jacobs aan de hand van gegevens uit 2003. In Nederland zou het gaan om bijna 73.000 kinderen – een cijfer dat diverse media begin deze week noemden.
Uitlokken
Dat getal klopt alleen niet, stelt Michael Rutgers, directeur van het Longfonds. „In Nederland komen 70.000 tot 80.000 kinderen met de diagnose astma voor. Die kregen dat vast niet allemaal door gas.” Hij vindt het vreemd dat Jacobs zijn berekeningen heeft gebaseerd op cijfers van twintig jaar geleden.
Een aantal van 20.000 kinderen die last hebben van koken op gas –een kwart van alle jonge astmapatiënten– vindt Rutgers realistischer. „Het is dus wel echt een probleem.” Hij benadrukt dat gas niet per se de oorzaak van hun astma is, maar wel klachten kan uitlokken.
Jacobs geeft in een reactie aan dat het verschil in de cijfers een definitiekwestie is. Terwijl Rutgers zijn aantallen baseert op astma gediagnosticeerd door een arts, berust het onderzoek van TNO op klachten die kinderen zelf rapporteerden. Iemand die hoest, kan dat een astmaklacht noemen, terwijl dan formeel nog geen sprake is van astma.
Uniform
Dat Jacobs gegevens uit 2003 heeft gebruikt, komt omdat hij geen recentere gegevens kon vinden over het voorkomen van astma in alle Europese landen. „Het mooie van de studie uit 2003 is dat op een uniforme manier –door middel van zelfrapportage– is onderzocht hoeveel kinderen astmaklachten hebben.”
Hoewel Longfonds-directeur Rutgers moeite heeft met de getallen uit het TNO-rapport, vindt hij het waardevol dat de studie bewustwording bij mensen creëert. „Koken, roken en stoken geeft problemen. We zijn het vieste jongetje uit de klas wat betreft vervuiling van de buitenlucht. Vervuiling binnen komt daar nog bij.”
Klopt, zegt Jacobs. „Alle verbranding heeft in meerdere of mindere mate gezondheidseffecten. Of het nu gaat om het koken op gas, het branden van kaarsen of wierookstukjes of het gebruik van de open haard.” Dat er sinds 1 januari 2022 geen open haarden meer te koop zijn, vindt hij daarom een verstandig besluit.
Afzuigkap
Mensen hoeven uit het onderzoek overigens niet de conclusie te trekken dat ze van het gas af moeten, vindt Rutgers. „Als je tijdens het koken de afzuigkap aanzet, los je een deel van het probleem al op. Dat geldt zeker als je de afzuiging tot een halfuur na het koken aan laat en je het raam openzet.” Jacobs is het daarmee eens, maar vindt wel dat overstappen op elektrisch koken het beste is. „Dan pak je het probleem bij de bron aan.”
Het probleem bij gasverbranding is dat er stikstofdioxiden en ultrafijnstof vrijkomen. Jacobs: „We denken dat deze stoffen luchtwegklachten veroorzaken. Meestal worden stikstofdioxiden onderzocht, omdat die relatief eenvoudig te meten zijn.”
Tijdens het koken op gas ontstaat ook koolmonoxide, dat bij hoge concentraties dodelijk kan zijn. De hoeveelheid die in de keuken vrijkomt, ligt volgens Jacobs echter ruim onder de huidige normen.
Ingewikkeld
Afgezien van de manier van verhitten –met gas of elektrisch– komt ook fijnstof vrij door het verhitten van olie in de pan. „We weten echter niet hoe schadelijk dat is”, zegt Jacobs. „Dat is ook ingewikkeld om te onderzoeken. Je zou dan bijvoorbeeld twintig jaar lang bij 100.000 mensen de fijnstofconcentratie in huis moeten meten en dat moeten verbinden aan gezondheidsklachten.”
Volgens Jacobs is al sinds 1977 bekend dat koken op gas risico’s met zich meebrengt. Waarom komen Clasp en EPHA uitgerekend nu met een rapport? Dat heeft volgens de TNO-onderzoeker te maken met regelgeving voor huishoudelijke apparaten, de zogenaamde Ecodesign-richtlijnen. Deze worden naar verwachting volgend jaar aangescherpt.