Heil en zegen
Numeri 6:26
„De Heere verheffe Zijn aangezicht over u en geve u vrede!”
De engelen bezingen vrede in de woorden: „Vrede op aarde”. De Hebreeën zijn gewoon onder het woord ”vrede” allerlei heil en zegen te verstaan, omdat onder al de zegeningen die mensen kunnen ontvangen de vrede het grootste en wenselijkste geschenk is. Daarom bevat de priesterlijke zegen de wens: „De Heere verheffe Zijn aangezicht over u en geve u vrede!”
Het is geheel onwaarschijnlijk dat de engelen die vrede zouden hebben bedoeld, die ten tijde van de keizer Augustus in het gehele Romeinse rijk heeft geheerst. Nee, liever denken wij, en dat ook met meer reden, aan een geestelijke, eeuwigdurende vrede, die door Jezus’ geboorte zou worden aangebracht, en wel een vrede met God. De rampzalige zonde had de band van vriendschap tussen God en de mens verbroken, daar Hij te rein van ogen is om het kwade te aanschouwen. Zo werd de mens vijand van God. Maar door de komst van Jezus in het vlees is die vijandschap weggenomen. „Want God was in Christus de wereld met Zichzelf verzoenende.” Hij is, in die Zoon van Zijn liefde, de bevredigde God van de uitverkoren zondaar. O, zalige vrede met God! Vrede met de engelen, want deze reine hemelgeesten zijn de vrienden der gelovigen. Immers, zij zijn gedienstige geesten, die tot dienst uitgezonden werden van hen die de zaligheid zullen beërven, en legeren zich rondom hen die de Heere vrezen.
Ds. D.A. Detmar, predikant te Ede
(”Enige eenvoudige Godvruchtige oefeningen”, 1828)