Bewogen met de nood van de Amazone-indianen
Stichting De Lichtkring zet zich in voor onbereikte indianenvolken in het Amazonegebied. Marjon de Jong-Mijnders reisde daarom af naar Brazilië, in de voetsporen van haar oma. „God zal ze halen, uit alle volken.”
Op de orgelbank in haar woning in Amersfoort liggen de boeken die haar oma, mevrouw M.A. Mijnders-van Woerden, schreef: ”De indiaan met de brief”, ”Bonisa, een kind uit Afrika” en ”De vrouw met het Boek”. Het weerspiegelt de brede zendingsinteresse van Mijnders-van Woerden. Kleindochter Marjon de Jong-Mijnders vertelt over haar oma: „De wereld was haar zendingsterrein. Overal moest het Evangelie komen, of het nu Afrika was of welk werelddeel dan ook.”
Haar oma, in 2020 overleden, speelt een belangrijke rol in het leven van De Jong. „Ze was voor mij een leesbare brief van Christus. Ze kon het geloof voor kinderen heel dichtbij brengen. „Je bent nooit te jong om Hem te volgen”, zei ze altijd. Zo wekte oma bij mij het verlangen om Hem ook te kennen en te volgen. Als ik bij oma was of bij haar logeerde, waren er vaak ontmoetingen met mensen die de Heere kenden. Niet alleen uit Nederland, maar vanuit de hele wereld. Mensen die in gevangenissen hadden gezeten, veel ellende hadden meegemaakt, maar groot van God spraken. Je kunt overal op de wereld zijn, als Hij er maar bij is, leerde ik daar.”
Mijnders-van Woerden reisde de wereld rond om het Evangelie te brengen. Ze richtte de Mbuma-zending op, later de Bonisazending en uiteindelijk Stichting De Lichtkring. „Dat was halverwege de jaren negentig, ze was toen al ruim zeventig.” Na het overlijden van haar vader in het jaar 2000 kwam De Jong in het bestuur van De Lichtkring, op uitdrukkelijk verzoek van haar oma. „Maar dan wilde ik niet alleen van de zijlijn toekijken, maar ook iets doen.”
En zo begon een proces van groeiende betrokkenheid bij verschillende zendingsprojecten en raakte de nood van de onbereikte indianenstammen ook haar hart. In november reisde ze, inmiddels voor de derde keer, naar de binnenlanden van Brazilië, naar een van de projecten die Stichting De Lichtkring aandacht geeft. Waarom Brazilië? Het blijkt een verhaal met een geschiedenis te zijn. „Mijn oom en tante gingen in de jaren zeventig al naar Suriname om zending te bedrijven onder de Trio, een inheems volk op de grens van Suriname met Brazilië.”
Lange Pijl-indianen
Vanuit Suriname werd ook het Waiwai-volk bereikt, een stam op het grensgebied van Suriname en Guyana. De hoofdman van het Waiwai-volk, Elka, was naast de leider ook sjamaan, een heidense toverdokter. Hij kwam door contacten met christenen tot geloof. Het boek ”De indiaan met de brief” schreef Mijnders-van Woerden over zijn leven. In november ontmoette De Jong Yakuta, de broer van Elka, tijdens haar bezoek aan Brazilië.
Dat de focus op de onbereikte volkeren ligt, is te danken aan haar oma, stelt De Jong. „Het Woord moet verder”, zei zij altijd. „Vooral naar mensen die het nog nooit gehoord hebben.” Daarom richten wij ons nu op de zogenoemde Lange Pijl-indianen. Zij leven erg teruggetrokken, diep in het Amazonegebied. Bijkomend nadeel: om er te mogen komen, heb je een visum nodig en dat ontvangen zendingswerkers doorgaans niet. De Braziliaanse overheid wil inheemse tradities in ere houden en staat daarom helemaal niet open voor missionaire activiteiten.”
De toegang tot de onbereikte volkeren is wel open via andere indianen. Samuel, een jonge zendeling uit het Waiwai-volk, mag wel in contact komen met de Lange Pijl-indianen. Hij heeft geen visum nodig en kan ongehinderd reizen. De Jong: „Samuel heeft de opleiding theologie en Bijbelvertaalwerk bij ALEM, een partnerorganisatie van Wycliffe Bijbelvertalers, afgerond. Hij is nu door ALEM als zendeling uitgezonden naar de Lange Pijl-stam. Inmiddels is Samuel diverse keren naar het Lange Pijl-volk gereisd. Langzaam maar zeker komt er verandering in de afwijzende houding van dit volk ten opzichte van het Evangelie. Bij zijn laatste bezoek stonden de indianen open voor de woorden uit de Bijbel. Voor ons was dit een gebedsverhoring.”
Steun
Vanuit Nederland worden diverse zendingsactiviteiten door Stichting De Lichtkring ondersteund. „Ons hart ligt bij deze mensen en we zamelen daarom geld in. Het salaris van Samuel kunnen we zo betalen en ook zijn reiskosten. Het project groeit. Financiële steun is wat ons nu helpt. We hopen en bidden dat er steeds meer mensen in de binnenlanden van Brazilië openstaan voor de Bijbelse boodschap.”
Naast de bijdrage aan Samuel geeft De Lichtkring ook praktische steun. „Recent sloten we een overeenkomst met de overheid voor de Yanomami-stam. Naar hun gebied gaat transport van eten, kleding en leermiddelen met een vliegtuig. Wij betalen daarvoor de brandstof. De overheid gaat in ruil daarvoor akkoord met Bijbelles en het aanleren van christelijke liederen op de scholen. We zijn blij met zulke openingen die er blijken te zijn, die ondanks de tegenstand toch op goedkeuring van de overheid mogen rekenen.”
Waarom is De Jong zo betrokken op onbekende stammen, ver weg in de binnenlanden van Zuid-Amerika? Voor het eerst valt het gesprek even stil. Dan: „Ik kom toch weer terug bij de woorden van oma. Ze zei: „God zal ze halen, uit alle volken.” Dat zál Hij doen en daarvoor wil Hij ons gebruiken.”