Dat zei de hoogleraar systematische theologie aan de Vrije Universiteit Amsterdam donderdag in Nijkerk tegen zo’n vijftig studenten theologie. Hij sprak tijdens de ontmoetingsdag die het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond in de Protestantse Kerk in Nederland jaarlijks belegt. Thema van de dag was ”Pastor worden en pastor zijn”.

Prof. Van den Belt hield een referaat over ”De theologiestudie als herdersopleiding”. Naar aanleiding van 1 Petrus 5:1-4 belichtte hij een aantal aspecten van het Bijbelse beeld van de herder en de kudde. Volgens de hoogleraar „mogen we het woord herder betrekken op al het werk in Gods Koninkrijk”.

Het beeld van de herder wijst volgens hem allereerst op de meest fundamentele relatie tussen God en Zijn volk Israël, en tussen God en ons. „Die relatie noemen we het verbond.” Het beeld van de herder en de kudde staat in het Oude Testament voor de relatie tussen God en Israël en in het Nieuwe Testament voor Christus en de gemeente. „De kudde blijft Gods eigendom.”

Een ander aspect is dat het beeld van de herder en de kudde ons aanspoort om alert en waakzaam te zijn. „Een herder is iemand die toezicht houdt. Als er niemand meer is die overzicht houdt in de gemeente, ontstaat er chaos.” In de Bijbel is de kudde het beeld van een kwetsbare gemeenschap, die gemakkelijk verstrooid wordt en waar de wolven op loeren, aldus prof. Van den Belt. „Het is een geestelijke strijd. Wees alert en waakzaam.”

Spanningsvelden

Als het gaat om waakzaamheid zag de hoogleraar voor de huidige tijd een aantal spanningsvelden. „Aan de ene kant het exclusief gereformeerde en aan de andere kant de verbondenheid met alle christenen. Het één werkt soms scheidend, maar tegelijkertijd is er ook zorg over een toenemende vervaging.”

De verschuiving van de dogmatiek naar de ethiek noemde hij een ander spanningsveld. Interne debatten lijken zich toe te spitsen op kwesties als huwelijk en seksualiteit. „Er is een spanningsveld tussen een heilige God en een heilige en veilige kerk. Maar toch gaat het altijd om kwetsbare mensen met hun levensvragen, seksuele oriëntatie en vragen rondom gender. 
Is er ruimte voor een orthodox-gereformeerd geluid en weten we 
dat op de juiste wijze in te brengen?”

In de tijd van advent is het beeld van de herder en de kudde ook eschatologisch, stelde prof. Van den Belt. „Straks komt de Opperherder en zullen we de onverwelkelijke krans verkrijgen.” Hij gaf de studenten mee: „Buit de tijd uit, zie je studie in het licht van het gebed om de komst van het Koninkrijk van God.”

Betrouwbaarheid

Ds. L. de Wit (Sionskerk te Ede) hield een lezing over ”De herder in de praktijk”. Pastor zijn vraagt om congruentie en betrouwbaarheid, gaf hij aan. „Een pastor die met een bewuste overtuiging iets verwoordt. Hij is geroepen om consistent te zijn en het Woord te spreken. Daar gaat het om: dat het Woord aan het woord komt.”

Een van de bezoekers van de ontmoetingsdag was proponent Jaap van Vliet (32) uit Uddel, die een beroep aannam naar de hervormde gemeente in Bleiswijk. Van Vliet bezocht de dag voor de zesde keer. Het sprak hem aan dat er theologie wordt bedreven met het oog op de pastorale praktijk en vanuit een Bijbels-gereformeerd perspectief. Hij stelde geestelijk gescherpt te zijn door het spreken over waakzaamheid en geestelijke strijd. „Dat is bemoedigend.”