Oppositie Tunesië wil dat president aftreedt
De oppositie in Tunesië eist dat president Kais Saied opstapt na de zeer lage opkomst bij de parlementsverkiezingen van zaterdag. Slechts een kleine 9 procent van de stemgerechtigden bracht volgens de eerste tellingen een stem uit nadat oppositiepartijen de stembusgang hadden geboycot.
De samenwerkende oppositiepartijen riepen op tot massale protesten om nieuwe presidentsverkiezingen af te dwingen. Oppositieleider Nejib Chebbi noemde de lage opkomst „een aardbeving”, waarna Saied „een onwettige president” is geworden. Na een korte overgangsperiode zou er een nieuwe president moeten worden gekozen.
De oppositie had zich tegen de parlementsverkiezingen gekeerd, omdat ze die zagen als onderdeel van een coup van Saied. Hij stuurde vorige zomer de premier weg, installeerde een nieuwe minister-president en zette het parlement buitenspel. Afgelopen zomer boycotte de oppositie ook al een referendum over een nieuwe grondwet, die het land terug zou duwen naar het autoritaire landsbestuur van voor de democratische revolutie van 2011.
Met de nieuwe grondwet kreeg de president meer macht over de overheid en de rechterlijke macht en werden controles op de presidentiële macht verwijderd. Ook kreeg het parlement door de nieuwe grondwet een zwakkere positie.
De voorlopige uitslag van de parlementsverkiezingen wordt maandag verwacht.