Rechter: niet bewezen dat PostNL zelfstandigen te weinig betaalt
PostNL hoeft een bezorgbedrijf uit Nieuw-Vennep niet met terugwerkende kracht hogere tarieven te betalen. Dat heeft de rechtbank van Den Haag woensdag besloten. De zaak was aangespannen door Belangenvereniging voor Pakket Distributie (BvPD). Die vereniging wilde de vermeende onderbetaling door PostNL aan alle zelfstandige postbezorgers aan de kaak stellen, maar daar kon de rechter niet over oordelen.
Volgens de branchevereniging moet deze groep namelijk steeds harder werken voor hetzelfde geld. BvPD startte de procedure via Pakket Post en Mailgroep Haarlemmermeer, een pakketbezorgbedrijf uit Nieuw-Vennep bestaande uit 25 medewerkers.
De rechter vindt het niet duidelijk in hoeverre het bedrijf heeft geleden onder de lage tarieven die PostNL zou betalen. Die informatie heeft het bezorgbedrijf namelijk niet aangeleverd, waarmee ook niet bewezen werd dat de onderneming in de knel zat of zou komen. Volgens het bedrijf had PostNL namelijk moeten weten dat dit het geval was.
Pakket Post en Mailgroep Haarlemmermeer eiste onder meer dat PostNL met terugwerkende kracht „een minimaal redelijk uurtarief” zou gaan betalen voor diensten in de periode van 2008 tot en met 2020. Hetzelfde geldt voor „een redelijk stoptarief”, het bedrag dat pakketbezorgers ontvangen per stop die ze maken, met een toeslag per pakket.
Omdat de zaak en de vorderingen met name betrekking hebben op Pakket Post en Mailgroep Haarlemmermeer, is het voor de rechter onmogelijk om ook te oordelen of andere zelfstandige postbezorgers hebben geleden onder de tarieven die PostNL betaalt.