Wetenschap & techniekKunstmatige intelligentie

Drie kenners in gesprek over kunstmatige intelligentie: ,,Wanneer zeg je: ik doe niet meer mee?”

Is kunstmatige intelligentie (AI) werkelijk intelligent? Nee, stellen Rick Bouter en prof. dr. Marc J. de Vries. Ja, zegt ds. M. van Reenen. In een rondetafelgesprek in Apeldoorn laten ze hun licht schijnen over AI, die menselijke intelligentie bedrieglijk kan imiteren. „Hoelang gaan we nog voor het echie?”

12 May 2025 18:59Gewijzigd op 12 May 2025 22:16Leestijd 15 minuten
Rick Bouter, ds. M. van Reenen en prof. dr. Marc J. de Vries in gesprek over kunstmatige intelligentie. „Alle dingen zijn hier om God te eren en opdat wij daardoor God eren.” beeld RD, Anton Dommerholt
Rick Bouter, ds. M. van Reenen en prof. dr. Marc J. de Vries in gesprek over kunstmatige intelligentie. „Alle dingen zijn hier om God te eren en opdat wij daardoor God eren.” beeld RD, Anton Dommerholt

De drie deelnemers aan het rondetafelgesprek schrijven geregeld in het Reformatorisch Dagblad over AI. Bouter werkt in de IT-wereld en is voorzitter van Techthics, een christelijke denktank. De Vries is bijzonder hoogleraar christelijke filosofie aan de Technische Universiteit (TU) Delft. De hersteld hervormde ds. Van Reenen is predikant in Urk en aankomend evangelist.

Gebruikt u AI in uw dagelijks leven?

Van Reenen: „Ik denk dat je wel een knappe kop moet zijn om geen AI te gebruiken. Ik maak bewust geen gebruik van een taalmodel dat op commando zelf nieuwe teksten genereert, zoals ChatGPT. Wel van een routeplanner. Maar dat vind ik van een andere orde. Ik hou immers de vrijheid om mijn eigen route te kiezen.”

Rick Bouter: „De impact van AI is heel groot. Heb ik zo meteen nog een baan, ben ik nog relevant voor de arbeidsmarkt? Als je niet meegaat, mis je de boot.” beeld RD, Anton Dommerholt

Bouter: „Maar zou ChatGPT dan niet als inspiratiebron kunnen dienen? Ik heb weleens geprobeerd om ChatGPT een bevindelijke preek over een Bijbelgedeelte te laten schrijven. Dan kun je zelf zeggen: doe maar een tikje bevindelijker. Een boeiend experiment, maar hierin ontbreekt de Geest. Belangrijk is dat we zelf de zoekrichting en het normatieve kader bepalen.”

Van Reenen: „Wat is bevinding, hè? Dat is geen sausje over de tekst. Met ChatGPT zou het maken van een preek zomaar een kunstje kunnen worden.”

De Vries: „Maar je zou ChatGPT wel kunnen gebruiken als bron, naast de commentaren. Of ChatGPT een stukje voorwerk kunnen laten doen.”

Van Reenen: „Ik zie wel een principieel verschil tussen het zelf raadplegen van commentaren en het laten verzamelen van commentaren door ChatGPT. Bij ChatGPT weet ik niet waarom het bepaalde keuzes maakt. Je moet gewoon durven zeggen: ik gebruik niet alles wat er wordt aangeboden. Kijk, ik ben niet in staat om een vrachtwagen te besturen. Dus moet ik tegen mezelf zeggen: ik ga er niet mee rijden. Dat gaat mijn macht te boven. Bij AI zou ik dat ook zeggen. Zodra we niet meer kunnen begrijpen wat het doet, moeten we afhaken.”

De Vries: „Het probleem is dat we heel veel AI gebruiken zonder dat we ons ervan bewust zijn. Als ik iets bestel via Amazon krijg ik ineens allerlei suggesties van wat ik nog meer zou kunnen kopen. Dat gebeurt gewoon. Moet ik dan zeggen: ik bestel niks meer via Amazon?”

Van Reenen: „Gebruik je AI dan, of word je ermee geconfronteerd? Dat maakt voor mij een groot verschil.”

De Vries: „Maar het gevolg is hetzelfde. Want AI werkt voor mij. Hebben we wel in de gaten dat Google onze zoekgeschiedenis raadpleegt wanneer we een zoekopdracht geven? Er zitten algoritmes achter, die doen dingen voor mij waar ik niet om heb gevraagd. Intussen beperkt Google wel mijn keuze. En duwt het algoritme mij in een bepaalde richting zonder dat ik mij dat bewust ben.”

Bouter: „Moeten we terughoudend zijn met het gebruik van algemene AI van zoekmachines en routeplanners, of vooral met generatieve AI, zoals ChatGPT, die nieuwe informatie oplevert op basis van bestaande gegevens?”

beeld RD, Daan van Oostenbrugge

Van Reenen: „Ik vraag me af of hiertussen een principieel onderscheid kan worden gemaakt. Je kunt geen strakke knip zetten. Mijn zorg rond AI zit veel breder. Met het eerste word ik geconfronteerd, je ontkomt er bijna niet aan. Bij het tweede wil ik een grens trekken.”

De Vries: „Maar als je weet wat er gebeurt, kun je het best gebruiken. AI is inspiratieloos, het algoritme is niet in staat om ook maar iets nieuws te bedenken. Daarvoor moet je naar de TU Delft; daar komen studenten op creatieve ideeën.”

Bouter: „Je kunt ChatGPT als voorbereiding op een Bijbelstudie de betekenis van grondwoorden laten uitzoeken en wat christelijke denkers daarover hebben geschreven.”

Van Reenen: „Er zal best goed gebruik van ChatGPT gemaakt kunnen worden, maar ik begin er niet aan.”

Doordenkt de reformatorische kring de opkomst van AI voldoende?

Van Reenen: „Er is in onze gezindte een positieve kijk op techniek. Zo focust de SGP in het landbouwbeleid sterk op innovatie. Dan ben je niet geneigd om voldoende fundamenteel naar techniek te kijken. Je kijkt meer instrumenteel: „Ja, het werkt.””

De Vries: „Dit geldt ook voor burgers in het algemeen. De doordenking ontbreekt soms zelfs binnen de wetenschappelijke wereld. Onlangs sprak ik op een AI-symposium in Colombia over het principiële verschil tussen mens en robot. Men was verrast dat je daar vanuit een christelijk mensbeeld iets zinnigs over kunt zeggen. Je zag die seculiere techniekfilosofen denken: de ziel, wat is dat dan precies?”

„Als je iets te snel afwijst op basis van je intuïtie kan er een vergelijkbare toepassing komen waarbij je er met open ogen inloopt”

Marc de Vries, hoogleraar Christelijke filosofie TU Delft

Van Reenen: „De fundamentele vraag voor mij is: helpt de techniek ons om meer mens te worden, en de schepping om meer schepping te zijn? De werkelijkheid is meestal anders.”

Bouter: „Ik ben blij dat in christelijke kring een aantal mensen zich druk maakt over dit thema. Maar de bezinning is onderbelicht. Men wordt opgeslokt en afgeleid door andere dingen, waar je ook iets van moet vinden. We lijken generalisten, fundamenteel onderzoek slaan we over. Hoe kun je dan de vertaalslag maken van christelijke kaders naar technologische toepassingen? Intussen is de Bijbel relevanter dan ooit. Denk alleen al aan „Gij zult geen valse getuigenis spreken”. Dat is een-op-een toepasbaar op generatieve AI.”

Van Reenen: „Als ergens een smet aan kleefde, zeiden reformatorischen vanouds: Niet aan beginnen. Neem de kerstboom, of Sinterklaas. Bij AI-taalmodellen zit je ook met vragen rond plagiaat en eigendomsrechten. Als zo’n taalmodel getraind blijkt te zijn met behulp van gestolen boeken, zeggen we: „Dat is dan maar zo.” Ons geweten lijkt wel verruimd te zijn.”

De Vries: „Ik heb geen televisie, maar over het eigenlijke probleem van tv is destijds te weinig nagedacht. De zuigende werking van het scherm, die is bij internet precies hetzelfde als bij de tv. Als je iets te snel afwijst op basis van je intuïtie, kan het zijn dat je niet alle problemen doorziet. Dan kan er een vergelijkbare toepassing komen waarbij je er met open ogen inloopt.”

„Sommige dingen doen de Amish heel verstandig”

Marc de Vries

Bouter: „Helaas kunnen we de wereld niet pauzeren om ons eens goed te bezinnen op AI. Het stoppen of vertragen van technologische innovatie betekent economische zelfmoord. Als bedrijf, maar ook als persoon. De impact van AI is heel groot. Heb ik zo meteen nog een baan, ben ik nog relevant voor de arbeidsmarkt? Als je niet meegaat, mis je de boot.”

Ds. M. van Reenen, prof. dr. Marc J. de Vries en Rick Bouter in gesprek over kunstmatige intelligentie. „Alle dingen zijn hier om God te eren, en opdat wij daardoor God eren.” beeld RD, Anton Dommerholt

Kunnen we het gebruik van AI nog wel vermijden?

Bouter: „Sommige keuzes worden voor je gemaakt. Daarom denk ik dat Jacques Ellul (Franse christelijke denker, red.) zegt dat je „zand in de machine” moet zijn. Een kleine, storende kracht binnen het grotere technologische systeem met zijn dwingende en totalitaire karakter, zoals de Amish.”

Van Reenen: „Zetten we de Amish niet te snel aan de kant?”

De Vries: „Misschien wel. Sommige dingen doen de Amish heel verstandig. Daarvan kunnen wij best wat leren. Zo hebben ze bij de mobiele telefoon de veilige route gekozen. Ze zijn begonnen om de telefoon buiten de deur te houden. Vervolgens zijn ze zich daarop gaan bezinnen. Wat bleek? Je kunt een mobiele telefoon gewoon uitzetten; en zet je hem aan, dan kun je ermee bellen. Hetzelfde wat ze voorheen deden in een telefooncel.”

Bouter: „Wanneer zeg je: Ik doe niet meer mee? Ik denk dat dat heel lastig wordt.”

Van Reenen: „Vermijden van AI is, denk ik, als je onder zeventig bent, niet mogelijk. Maar ik denk dat heel veel gewonnen is wanneer we gezamenlijk zouden zeggen: Wat niet per se hoeft, dat doen we niet. Het tweede is dat we moeten focussen op wat dan wel: wat is goed? Met onze handen in de grond zitten; bij een eenzame buurman op bezoek gaan; meer stille tijd nemen. Als wij maximaal investeren in dingen die evident goed zijn, hebben we helemaal niet zoveel tijd om al die digitale ontwikkelingen toe te laten in ons leven.”

„Wanneer zeg je: ik doe niet meer mee? Ik denk dat dat heel lastig wordt”

Rick Bouter, oprichter Techthics

Bouter: „Ik denk ook dat we ons niet alleen moeten bezinnen op de technologie. Kunnen we in deze tijd überhaupt nog een goed gesprek hebben over fundamentele zaken: Gods Woord en onze relatie met God? Zijn we nog in staat om te komen tot een normatief christelijk kader, laat staan dat vertalen voor ons gebruik van AI?”

Van Reenen: „Durven we de dingen die we niet per se nodig hebben de deur te wijzen? We mogen best wat meer tegendraads zijn: een mindset hebben om nee tegen dingen te zeggen. Kijk, ik heb geen smartphone, ik laat daardoor geen sociale media toe in mijn privéleven. Ik gebruik geen ChatGPT. Dat zijn voor mij bewuste keuzes.”

De Vries: „Eigenlijk gaat het om de keuze voor vreemdelingschap…”

Bouter: „…de keuze om radicaal christen te zijn. Als je afstand neemt van sociale media ben je vaak niet van zaken op de hoogte, ’n beetje wereldvreemd, de fear of missing out, fomo. Maar je kunt wel een goed gesprek hebben met iemand.”

Van Reenen: „Het ontbreekt vooral aan langetermijndenken. Mensen leven voor het hier-en-nu, voor gemak en comfort. Maar wat is wezenlijk belangrijk?”

De Vries: „We moeten ons oefenen in langetermijndenken: er wacht een grote toekomst; die wil je toch niet op het spel zetten voor een schermpje? Dat geldt ook voor de opvoeding: wat vind ik voor mijn kinderen belangrijk? En scholen moeten werk maken van digitale geletterdheid.”

Prof. dr. Marc J. de Vries: „Er wacht een grote toekomst, die wil je toch niet op het spel zetten voor een schermpje?” beeld RD, Anton Dommerholt

Welke plaats heeft technologie in een christelijk wereldbeeld?

De Vries: „De wereld is geschapen en wordt bestuurd door God, met een bedoeling. Hij heeft mensen gemaakt om daarin een rol te spelen, Hijzelf blijft dat ook doen. De mens, naar Gods beeld geschapen, is in staat dingen te creëren en doet dat mede vanuit de zonde in zijn hart. Ik kan een goedwillende gebruiker zijn van een schroevendraaier, maar ook een kwaadwillende.”

Van Reenen: „Past techniek in die door God geschapen wereld, en op welke manier?”

De Vries: „Hoe redt God Noach? Hij moet een boot maken, dat is techniek. Hoe verheerlijkt God Zichzelf? Door een tabernakel te laten maken. In Exodus 31 zegt God over Bezaleël: Ik zal hem geven een geest van wijsheid en van vakmanschap, om nieuwe dingen te ontwerpen en die uit te voeren. Als je toch zo ingenieur mag zijn!”

„Je ziet dat de techniek zodanig imponeert en afleidt dat de mens haar gaat dienen”

Ds. M. van Reenen, predikant hhk Urk

Van Reenen: „In Babel en Babylon staat ook de techniek centraal. Alle dingen zijn er opdat wij daardoor God dienen, Nederlandse Geloofsbelijdenis, artikel 12. Daar gaat het telkens mis. Je ziet dat techniek zodanig imponeert en afleidt dat de mens de techniek gaat dienen.

De boom is een mooi voorbeeld. Dat hij er staat, zo ontzagwekkend, is tot Gods eer. De boom levert ook hout. In de Bijbel blijkt continu dat hout goed én slecht gebruikt wordt. Je kunt van hout een ark maken. Maar ook een afgodsbeeld, zoals de timmerman uit Jesaja 44 doet.”

De Vries: „Wij láten ons door de techniek imponeren. Het zit niet in de dode materie. De satan kan erachter zitten, wij kunnen er misbruik van maken. Maar de techniek zelf heeft geen intentie, die is levenloos. Uiteindelijk zit het in ons hart.”

„Wij zijn drukker met wat mensen doen, dan dat wij ons verdiepen in wat God doet”

Ds. M. van Reenen, predikant hhk Urk

Van Reenen: „Jullie hebben ook Jacques Ellul gelezen. Bij hem krijg je het gevoel dat techniek haast een eigen geest heeft. Bijbels onderbouwen kan ik dat niet helemaal, maar intuïtief meemaken wel. In techniek zit ook de collectieve zonde.”

Bouter: „Er is nog een vraagstuk waar ik met vrees en interesse naar kijk. Bij de torenbouw van Babel wordt gezegd: „Alles wat in de mens opkomt, zal hij kunnen bouwen.” Wij zijn in de redelijk comfortabele positie dat AI nog ver weg blijft van zaken zoals de ziel en transcendentie. Er is nog geen ”artificial general intelligence”, AI overtreft ons nog niet. Maar stel dat het toch gebeurt? Dat zou impact hebben op mijn wereldbeeld en mijn mensbeeld, misschien indirect ook op mijn godsbeeld.”

Welke gevolgen heeft AI voor ons mens-zijn en ons mensbeeld?

Bouter: „Ik ben er beducht voor dat wij onze vrijheid van handelen en onze morele verantwoordelijkheid kwijtraken. Naarmate de technologie volwassener wordt, kan dat weleens moeilijker worden. Er kan iets uitkomen wat helemaal niet in lijn is met jouw geloofsovertuiging of met het doel van God in deze wereld.”

Van Reenen: „Maar dan kun nog je zeggen: „O wacht even, ik ben hier misleid”. Veel problematischer is de robotisering van de mens, die al heel lang gaande is. Wij zijn drukker met de oppervlakte van het leven, de tijdelijke dingen. Dat is voor veel jongeren een levensstijl; ze zijn het gewend om altijd druk te zijn met vermaak. AI versterkt dat en vormt hen. Is het dan nog haalbaar om een stap terug te zetten? Hoe bereiken we hun hart en hoe vormen we hun leven?”

„Als wij alle dagen op beeldschermpjes kijken, zien we elkaar niet meer”

Rick Bouter, oprichter Techthics

Ds. M. van Reenen: „Bij Jacques Ellul krijg je het gevoel dat techniek haast een eigen geest heeft. Bijbels onderbouwen kan ik dat niet helemaal, maar intuïtief meemaken wel.” beeld RD, Anton Dommerholt

Bouter: „De vraag zal steeds vaker zijn: wat is waarheid?”

Van Reenen: „ Wie zegt welk filmpje echt is, welk nieuwsfeit echt is, welke uitspraak van jou echt is? Mensen verdwalen massaal tussen leugen en waarheid. En we staan nog maar aan het begin.”

De Vries: „Het komt steeds vaker aan op het kritische vermogen van de kijker: zou dit echt waar kunnen zijn?”

Van Reenen: „Als dat soort AI-filmpjes in de sociale media continu de dienst uitmaken, dan schakel je dat kritische vermogen uit. Het is gewoon niet haalbaar om alles te checken. Ik denk dat het enige wat overblijft, is dat je gewoon van het schermleven afstapt en de echte wereld binnenstapt. Is dat ook niet een prima opvoedkundige tip?”

Bouter: „Ik geef mijn kinderen mee dat ze zich bij digitale uitingen altijd moeten afvragen: is het feit of fictie; waarom en waartoe? Wat wil de maker ermee bereiken? De vraag is ook: wordt de wereld om ons heen door AI ook minder menselijk? Ik denk het wel. Als wij alle dagen op beeldschermpjes kijken, zien we elkaar niet meer.”

Van Reenen: „Wat vinden we ervan dat dementerende mensen in een verpleeghuis een relatie opbouwen met een robotknuffel?”

De Vries: „Zolang er ook nog mensen op bezoek komen, is dat niet problematisch, denk ik.”

Van Reenen: „Ik ben daarover wel sceptisch; de robotknuffel zal hoe dan ook menselijk contact vervangen. Zo sterven die mensen uiteindelijk in eenzaamheid. En waartoe doen we dit?”

Bouter: „Als we het financieel bekijken, moet de productiviteit omhoog: altijd meer, en er lijkt geen einde aan te komen.”

Dreigt AI goddelijke trekken te krijgen, zoals alomtegenwoordigheid en alwetendheid?

Van Reenen: „De techniek kent mij soms beter dan ik mijzelf, zij het op een analytische manier. Uiteindelijk kent mijn vrouw mij beter dan Google mij kent. Maar als jij heel erg leeft in die wereld van de techniek, wordt dat je referentiekader. Dan wordt Facebook degene die jou „doorgrondt en kent”. Alleen heb je dan wel een andere visie op wat ”kennen” is.”

De Vries: „Net als bij ”intelligentie”. Ik vind dat in het verband van AI een heel oneigenlijke term, die je zou moeten vermijden. Het is alleen maar dataverwerking, met algoritmes. Intelligentie is een diepe term, die verwachtingen wekt die AI niet kan waarmaken.”

Van Reenen: „Kunstbloemen zijn ook bloemen, maar: het is een hoopje plastic. Het zijn kúnstbloemen, daarmee zeg je alles. Zo is het met kunstmatige intelligentie ook.”

„Ik heb veel vertrouwen in de leiding van de Heilige Geest; aan Hem mag je voorleggen: is dit verantwoord?”

Marc de Vries, hoogleraar Christelijke filosofie TU Delft

De Vries: „Techniek is altijd ook een afgod geweest. Tim Keller schrijft daarover in zijn boek ”Namaakgoden”. Als ik helemaal de kluts kwijt ben als iets niet meer werkt, is dat een afgod. De wifi doet het niet, hélp! Dan zijn we zo afhankelijk geworden dat we naast of in plaats van God op iets anders vertrouwen. Bij AI kan de schijn zo overtuigend worden dat je de technologie gaat aanbidden.

Ik heb twee grote zorgen. De eerste is: hoelang gaan we nog voor het ”echie”? Komt er straks in het verpleeghuis alleen nog een robotzuster langs? En de tweede: kunstmatige intelligentie is zelf niet in staat om de macht over te nemen. Maar wij kunnen de macht wel overdragen door een te groot, haast religieus vertrouwen in AI.”

Bouter: „AI praat ook terug, ze interacteert. Denk aan de ”AI-Jezus” in Luzern. Stel: je bent jong, opgegroeid met techniek, zoekend naar zingeving, en je hebt interactie met zo’n hologram als in Luzern. Daarin zit veel verleiding en schijn. Het zegt te maken te hebben met God, maar ik zou het er niet mee durven te wagen. Zo komen er steeds meer aan het geloof gerelateerde AI-toepassingen. Daarin zullen we ontzettend goed moeten schiften.”

De Vries: „Daarom is de relatie met de Heere God zo belangrijk. Ik heb veel vertrouwen in de leiding van de Heilige Geest. Aan Hem mag je voorleggen: Is dit verantwoord, is dit echt, mag ik dit? Daarbij moet je wel eerlijk zijn, en niet proberen om de Geest te laten zeggen wat jij zelf graag wilt. Als je écht om Zijn leiding vraagt, laat God je niet in de steek. De Geest leidt je leven, dat vertrouwen moeten wij hebben.”

Vond je dit artikel nuttig?

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer