Friese Staten verdeeld over onteigening voor natuurgronden
Een voornemen van de provincie Friesland om te onderzoeken of onteigening ingezet kan worden om meer grond vrij te maken voor de natuur zorgt voor flinke verdeeldheid. Een stemming van de Friese Provinciale Staten over het plan leverde geen meerderheid op (21-21). Daardoor moet bij de eerstvolgende Statenvergadering in mei opnieuw worden gestemd.
Friesland wil onderzoeken of grondeigenaren zoals boeren in het uiterste geval gedwongen kunnen worden hun land af te staan in ruil voor volledige schadeloosstelling. Dat zou volgens het provinciebestuur kunnen helpen sneller natuur te realiseren voor het Natuurnetwerk Nederland (NNN).
Het verkrijgen van gronden gaat vooralsnog altijd vrijwillig, maar dat levert te weinig op. Friesland dreigt mede daardoor de doelen voor het NNN niet te halen. Het Friese college wil in kaart brengen of onteigening een oplossing kan zijn voor het verwerven van 440 hectare aan grond. Onder meer de BBB, met 14 zetels veruit de grootste Friese coalitiepartij, is fel tegen.
Via volledige schadeloosstelling kan de provincie een hoger bod aan grondeigenaren doen, legde gedeputeerde Matthijs de Vries (ChristenUnie) uit. Zonder de optie van onteigening is dat niet mogelijk, zei De Vries, omdat de vergoeding in dat geval door Europese regels wordt gezien als verboden staatssteun. „We kunnen nu niet meer dan een marktconform bod doen.”
Bij de onteigening die Friesland wil onderzoeken, kunnen grondbezitters zonder gevolgen weigeren deel te nemen aan onderhandelingen. Als zij echter instappen en er vervolgens niet uitkomen met de provincie, kan uiteindelijk onteigend worden.
De BBB gaf aan „een principiële grens” te trekken bij het onteigenen van landbouwgrond voor natuur. De partij vindt samen met onder meer JA21, PVV en VVD dat van vrijwilligheid amper sprake is. De Vries sprak dat tegen en benadrukte dat hij voor nu alleen de optie voor onteigening wil verkennen. Ook gaf hij aan dat andere provincies die eenzelfde soort onteigening gebruiken dat vooralsnog amper hoeven in te zetten.