Aan een onweersbui lijkt soms geen einde te komen. De lucht blijft donker, donderslagen volgen elkaar in hoog tempo op en het bliksemt onophoudelijk. Vooral bewoners van het rivierengebied kennen dit verschijnsel. De bui blijft hangen, zo heet het dan. Onweersbuien zouden de rivier niet over kunnen steken.

Ook elders in het land denken veel mensen dat onweer wordt tegengehouden door water. Zelfs een kanaal zou voor een onweersbui een hindernis zijn. Maar hoe en waarom, dat is een vraag voor weerkundigen.

De meteorologen van het KNMI verwijzen het raadsel naar het rijk der fabelen. Uit radarbeelden en bliksemregistraties blijkt dat een onweersbui nauwelijks wordt gehinderd door een rivier, laat staan door een kanaal.

Toch is het idee dat rivieren onweer kunnen tegenhouden niet hele­maal uit de lucht gegrepen. Volgens het KNMI is het mis­verstand goed te begrijpen. Meestal bestaat een onweersbui uit verschillende kleine buien, die wel degelijk bewegen. De aankomende buien zijn echter beter hoorbaar en zichtbaar dan de buien die al overgedreven zijn. Een onweersbui arriveert met veel tamtam, maar vertrekt met stille trom.

Hoe dat komt? Het geluid van de naderende buien heeft de wind mee, en is dus al van ver te horen. De donder van overgedreven buien klinkt zachter, omdat het geluid tegen de wind in komt. En doordat kort na de bui veel neerslag valt, zijn de bliksems van een vertrekkende onweersbui slecht zichtbaar. In de pauze tussen twee buien regent het minder, waardoor de bliksems van de naderende bui weer goed te zien zijn.

Je merkt dus heel goed dat er een onweersbui aankomt, maar het valt bijna niet op dat de bui ook overdrijft en in de verte verdwijnt. Conclusie van de leek: het onweer blijft hangen. Als er dan ook nog een rivier in de buurt is, wordt die al snel als oorzaak aangewezen.

Er zijn onweersbuien die wel blijven hangen, maar die komen zelden voor in het rivierengebied. Dit zogeheten warmteonweer ontstaat bij hitte boven droge gebieden als de Veluwe. Er is dan meestal weinig wind, waardoor de buien lang op dezelfde plaats blijven hangen.

Rivieren hebben dus niet of nauwelijks invloed op onweersbuien. En heuvels dan, zoals de 52 meter hoge Grebbeberg? Volgens het KNMI zijn de hoogteverschillen in Nederland te klein. Onweer laat zich niet tegenhouden door onze rivieren en heuveltjes.