Inspectie wil weten of aanpak van stalking na ‘Hümeyra’ beter is
Bijna vier jaar na de dood van de Rotterdamse scholiere Hümeyra (16) wil de Inspectie Justitie en Veiligheid weten of de aanpak van stalking door ex-partners is verbeterd. De Inspectie wil onder meer weten welke verbetermaatregelen zijn genomen.
Drie jaar geleden bleek uit het inspectieonderzoek naar de aanpak van stalking door Hümeyra’s moordenaar Bekir E. dat in deze zaak veel was misgegaan. Politie, Openbaar Ministerie, Veilig Thuis en de reclassering werkten langs elkaar heen en hadden te weinig aandacht voor de veiligheid van Hümeyra.
De inspectie adviseerde destijds maatregelen zoals het verbeteren van de communicatie en samenwerking tussen de instanties, het beter herkennen van stalking en het extra letten op risico’s voor de veiligheid van het slachtoffer. Ook zou altijd duidelijk moeten zijn welke partij de regie heeft in de aanpak.
Nu gaat de Inspectie JenV na wat sindsdien is gedaan, of medewerkers goed kunnen werken met deze maatregelen zodat de stalking daadwerkelijk stopt en of er voldoende aandacht is voor de bescherming van het slachtoffer.
Hümeyra deed meerdere keren aangifte van stalking en bedreiging door haar ex. E. schoot haar op 18 december 2018 van dichtbij dood in de fietsenstalling van haar school, het Rotterdam Designcollege. Hij werd vorig jaar in hoger beroep veroordeeld tot twintig jaar cel en tbs met dwangverpleging.