Mike Pence was loyaal aan Donald Trump, maar niet ten koste van alles
Duizenden foto’s zijn er in omloop waarop Mike Pence als een trouwe adjudant schuin achter president Donald Trump staat. Zijn loyaliteit was onbetwist en leek grenzeloos. Totdat er begin januari 2021 een breuk kwam. De oorzaak? Trump heeft er zijn eigen visie op: „Mike, je bent te eerlijk.”
Velen in de Verenigde Staten en daarbuiten begrepen vier jaar lang niet dat de integere, overtuigde christen Mike Pence Donald Trump door dik en dun steunde. Hoe kon een Bijbelgetrouw christen zich zo nauw verbinden aan een man die bij herhaling een loopje met de waarheid nam en die zich niet schaamde voor zijn affaires met vrouwen? Hoe was het mogelijk dat een man die hardop zei dat hij nimmer alleen wil zijn met een vrouw, afgezien van zijn eigen echtgenote, terwijl Trump het bepaald niet nauw nam met huwelijkstrouw? Sterker, The Donald –en velen met hem– noemde het standpunt van zijn vicepresident preuts en stak er openlijk de draak mee. Totdat kort daarop de opkomst van de ”Me Too-beweging” aantoonde dat het standpunt van Pence, nog niet zo vreemd was. Trump matigde daarop zijn toon.
Ondanks dat soort dingen, bleef Pence Trump bijna tot het einde toe steunen. Kort voor het onthutsende eindspel van Trumps presidentschap zei Pence tegen zijn baas: „Behalve uw familie is er niemand zo loyaal aan u dan ik.” Dat dit niets teveel is gezegd, blijkt uit de memoires van de voormalgie vicepresident die afgelopen dinsdag verschenen, gelijktijdig met de aankondiging van Trump zich kandidaat te stellen voor de presidentsverkiezingen van 2024.
De titel van het vuistdikke boek is ”So help me God”. Daarmee zegt Pence twee dingen: hij wil trouw blijven aan de eed op de grondwet en hij weet zich afhankelijk van God, Die zijn leven leidt. Dat laatste is geen holle frase. Pence beschrijft hoe hij in het gebed worstelde met het verzoek van Trump in 2016 of hij running mate van hem wilde zijn. Maar ook in later jaren namen gebed en Bijbellezen een grote plaats bij hem in. Hoe druk hij het ook had, stille tijd ging voor.
Welbewuste strategie
In de beschrijving van de vier jaar dat Pence vicepresident was, valt op dat hij het beleid van Trump in het algemeen verdedigde. Trump wordt beschreven als een president die zich bovenmatig inzette voor zijn land. De schandalen die in de media de aandacht kregen, duidt Pence als het kwaadaardige werk van links. Hij ontkent niet dat Trump soms rare, agressieve opmerkingen maakte. Maar dat was volgens Pence onderdeel van een welbewuste strategie.
Meestal is de vicepresident de ”bad guy”, die welbewust tegen de politieke schenen schopt en is de president de ”good guy”. Bij Trump en Pence was het omgekeerde het geval. „Ik was steeds degene die op een rustige manier een stevige boodschap bracht, terwijl het Trumps taak was de boze man te zijn.”
Dat het Witte Huis onder Trump een duiventil was, waar de medewerkers bij bosjes binnenkwamen en weer moesten vertrekken, vindt Pence alleen maar een illustratie van de zakelijke inslag van Trump. „Hij wilde net als een ondernemer resultaat zien. Wie het niet lukte succes te boeken, vloog eruit.”
Vier jaar lang was Pence ervan overtuigd dat „de Voorzienigheid Trump achter het presidentiële bureau had gezet en dat hijzelf door God naast Trump was geplaatst om hem te helpen.” Als voorbeeld hoe hij Trump hielp goede keuzes te maken, noemt Pence dat hij de president opmerkzaam had gemaakt op Betsy DeVos, de rijke Republikein uit Grand Rapids, die minister van Onderwijs werd.
Hier en daar hint Pence erop dat hij probeerde Trump op andere, meer beheerste gedachten te brengen. Dat hij dat inderdaad deed, blijkt ook uit de memoires van John Bolton, die van april 2018 tot september 2019 de Nationaal Veiligheidsadviseur van Trump was. Hij schrijft dat Pence zijn belangrijkste werk deed tijdens privégesprekken met de president en dat van hem een matigende invloed uitging.
Grenzen
Kritiek op het optreden van Trump in die eerste vier jaar levert Pence nauwelijks. Slechts een enkele keer valt die tussen de regels door te lezen. Zoals in het hoofdstuk waarin het gesprek in 2019 tussen president Trump en zijn Oekraïense ambtgenoot Volodimir Zelenski. Trump drong daarin sterk aan op het starten van een onderzoek naar een van zijn belangrijkste politieke rivalen, de Democratische kandidaat Joe Biden. Pence, die bij elk hoofdstuk een Bijbeltekst als motto meegeeft, plaats daarboven Psalm 141:3: ”HEERE! zet een wacht voor mijn mond, behoed de deur mijner lippen”.
Dat de loyaliteit van Pence aan Trump toch grenzen kende, werd pas duidelijk in de allerlaatste weken van diens presidentschap. Daarover gaat het slot van zijn memoires. In de Amerikaanse media krijgen die deze week begrijpelijk de meeste aandacht.
Voor Pence stond direct na de presidentsverkiezingen van 2020 vast dat Trump zijn nederlaag moest accepteren, ook als sloot hij fraude bij het stemmen(tellen) niet uit. Tegen Jared Kushner, de schoonzoon van Trump, zei hij kort na de verkiezingen dat er waarschijnlijk wel enige fraude was geweest, maar dat hij zeer betwijfelde dat dit de reden was dat Trump had verloren. Kortom, van het verhaal van Trump dat de verkiezingen door de Democraten waren gestolen, geloofde hij niets.
Onder druk
Vanaf half december, toen alle uitslagen bekend waren en de kiesmannen waren aangewezen die de uitslag van hun staat moesten overbrengen naar Washington, ervoer Pence dat de president hem steeds meer onder druk zette. Op 13 december 2020 telefoneerde Trump met Pence. In dat gesprek deed hij de eerste keer de suggestie dat hij de verkiezingsuitslag moest afkeuren. „Als je populair wilt zijn, dan doe je dat”, zei Trump. Met een lach voegde hij eraan toe, dat als Pence niet op zijn verzoek inging, hij een ”RINO” zou zijn, een ”Republican In Name Only”.
De druk werd de volgende dagen gestaag opgevoerd. Toen Pence zijn baas op Nieuwjaarsdag belde om hem een „gezegend nieuwjaar” te wensen, werd Trumps toon grimmiger. Hij vroeg waarom Pence niet de kant koos van bevriende juristen, die stelden dat de vicepresident de macht heeft om een uitslag te blokkeren. „Als je die macht hebt, waarom gebruik je die dan niet?” Toen Pence hem vertelde dat hij gebonden was aan zijn eed op de grondwet en dat hij geen wettige instrumenten had om de uitslag af te keuren, zei Trump: „Mike, je bent te eerlijk.” Dreigend voegde hij eraan toe dat „honderdduizenden je opstelling zullen haten.”
Twee dagen later waarschuwde Trump zijn vicepresident dat wanneer hij niet deed wat de president verlangde, hij als een nietsnut de annalen zou ingaan. Deed hij het wel, dan zou hij een „historische held” zijn. Op de avond van dezelfde dag zei Trump tijdens een partijbijeenkomst in Georgia: „Ik hoop dat onze geweldige vicepresident voor ons opkomt! Natuurlijk, als hij dat niet doet, zal ik hem niet zo leuk vinden. Maar goed, het enige wat je weet over Mike, hij speelt altijd eerlijk spel.”
Op 5 januari herhaalde Trump tijdens een gesprek in het Oval Office nog eens dat Pence de macht had om de verkiezingsuitslag ongeldig te verklaren. De vicepresident betwistte dat, waarop Trump hem „naïef” noemde. Hij suggereerde dat Pence de moed miste die nodig was om de stemmen te verwerpen. Pence antwoordde dat hij wél moed had en dat Trump dat ook wist. „Toen hij dat hoorde, gaf hij toe en zei met meer dan een beetje verdriet: „Nou, dan zal ik moeten zeggen dat je me een enorm slechte dienst hebt bewezen.” Daarmee stond ik op, knoopte mijn jas dicht en zei: „Meneer de president, u moet zeggen wat u denkt te moeten zeggen, maar weet u, behalve uw familie, is niemand in deze regering loyaler aan u geweest dan ik””, zo schrijft Pence.
Trump belde Pence nog twee keer voor het einde van 5 januari en gaf ’s avonds een verklaring uit waarin hij beweerde dat Trump en Pence het er „volledig over eens” waren dat de vicepresident de bevoegdheid had om de verkiezingsresultaten ongeldig te verklaren. Pence besefte dat het te laat op de dag was om dat te weerspreken.
Pence en Trump hadden nog een laatste telefoontje op de ochtend van 6 januari, nadat eerstgenoemde een verklaring had uitgegeven waarin hij uiteenzette waarom hij niet zou ingrijpen in het certificeringsproces. Trump sloot dat gesprek af met de opmerking: „Je gaat ten onder als een zwakkeling. Als je dat doet, heb ik vijf jaar geleden een grote fout gemaakt!”
Blijven bidden
Pence beschrijft vervolgens de gebeurtenissen van 6 januari en hoe relschoppers het Capitool binnendrongen. Hoe hij snel moest vertrekken vanuit de vergaderzaal van de Senaat. Hij vertelt hoe hij weigerde het Capitoolterrein te verlaten en hoe hij erop aandrong de vergadering nog dezelfde dag voort te zetten.
De voormalige vicepresident en Trump spraken enkele dagen niet na de gebeurtenissen van 6 januari, hoewel de twee elkaar uiteindelijk ontmoetten in het Oval Office. Daar vertelde Pence Trump dat hij boos was over de gebeurtenissen van de dag en zei dat hij desondanks voor de president zou blijven bidden. Trump reageerde: „Blijf dat doen.”
In het slot van zijn memoires gaat Pence kort in op zijn huidige verhouding met Trump. Duidelijk wordt dat de breuk volledig is. „Sinds mijn aftreden hebben mensen me vaak gevraagd naar mijn relatie met president Trump. Ik zeg hen dat ik altijd dankbaar zal zijn dat hij mij heeft gekozen als zijn vicepresident”, schrijft Pence. „Hij was mijn president en hij was mijn vriend. Vier jaar lang hadden we een hechte werkrelatie. Het liep niet goed af. In de maanden die volgden, spraken we van tijd tot tijd, maar toen de president terugkeerde naar de retoriek die hij vóór die tragische dag gebruikte en publiekelijk kritiek begon te uiten op degenen onder ons die de grondwet verdedigden, besloot ik dat het het beste zou zijn om elk onze eigen weg te gaan.”