Opinie

Irak blijft een probleem

5 January 2005 11:03Gewijzigd op 14 November 2020 02:04

Het nieuws over de ramp in Azië draagt een zo dramatisch en overweldigend karakter, dat het al het andere naar het tweede plan verdringt. Vanaf vorige week maandag ging het openingsverhaal op de RD-voorpagina elke dag over het rampgebied. Maar ook elders ter wereld gaat het nieuws door. Soms zijn dat positieve ontwikkelingen, vaker negatieve.Tot de laatste categorie behoort zeker het nieuws over Irak. Gisteren werd daar de gouverneur van Bagdad bij een aanslag doodgeschoten. Dat hij zwaar beveiligd werd, baatte hem niet. Zes van zijn lijfwachten vonden eveneens de dood.

Te vrezen valt dat het aantal aanslagen nog zal toenemen naarmate de geplande verkiezingsdatum van 30 januari dichterbij komt. Vandaar dat de vraag zich steeds meer opdringt of die verkiezingen niet moeten worden uitgesteld. Maar wanneer zal het daarvoor in Irak veilig genoeg zijn?

Vrije en eerlijke verkiezingen zouden een beslissende fase moeten zijn in de overgang van het dictatoriale Irak van Saddam Hussein naar een democratisch land. Die verkiezingen moeten de nieuwe Iraakse regering naar binnen en naar buiten de nodige legitimiteit verschaffen.

Maar al zouden de geplande verkiezingen eerlijk verlopen, ze zijn in ieder geval niet vrij. Vrij in die zin dat kandidaten zonder grote risico’s campagne kunnen voeren en mensen zonder intimidatie hun stem kunnen uitbrengen. Wie in het soennitische middengebied van Irak zijn leven liefheeft, kan zich het beste maar buiten de verkiezingsstrijd houden en op de dag van de verkiezingen thuisblijven.

In het sjiitische zuiden en het Koerdische noorden ligt dat anders. Dat betekent dat de soennieten, die vanouds in Irak de toon aangeven, zich in het nieuwe parlement niet echt vertegenwoordigd zullen voelen.

Duidelijk is in ieder geval wel dat de Amerikanen zich zwaar verkeken hebben op het democratiseringsproces van Irak. Veel te gemakkelijk zijn ze er van uitgegaan dat het met geweld verdrijven van een wrede dictator en het houden van vrije verkiezingen door de grote meerderheid van de bevolking zouden worden toegejuicht. Maar afgedacht van de vraag hoe democratie en islam zich tot elkaar verhouden, hebben ze er onvoldoende rekening mee gehouden dat hun imago in de Arabische wereld zwaar negatief is.

Ook van de kant van hun traditionele bondgenoten hebben de Amerikanen weinig steun te verwachten. Nederland neemt daarbij een tussenpositie in. Aan de oorlog zelf hebben we niet meegedaan, maar Nederland was nadien wel bereid troepen te leveren. We kregen daarbij een rustig gebied toebedeeld.

Volgens afspraak zullen de Nederlandse soldaten per 1 maart uit Irak vertrekken. Geen enkel land heeft zich echter beschikbaar gesteld om een plaatsvervangend contingent te leveren. En de nieuwgevormde Iraakse politie en veiligheidstroepen zijn nog lang niet in staat om voldoende tegenwicht te bieden tegen de continue terreurdreiging.

Vandaar dat inmiddels de discussie is opgelaaid over een eventuele verlenging van de Nederlandse inzet in al-Muthanna. De VVD hield die mogelijkheid al eerder open. Thans zit het CDA ook op die lijn.

Maar niet zonder reden heeft men in Den Haag graag een brede meerderheid voor de uitzending van Nederlandse troepen naar gevaarlijke gebieden. Het zou immers ook verkeerd kunnen aflopen.

Het probleem is dat er weinig uitzicht is op een snelle verbetering van de veiligheidssituatie in Irak. Zou men met grote zekerheid kunnen stellen dat met een inzet van nog drie maanden het karwei echt geklaard is, dan viel met meer overtuigingskracht te pleiten voor een verlenging van de Nederlandse aanwezigheid. Daar ziet het echter niet naar uit.

Meer over
Commentaar

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer