SGP: Kabinetsvisie op seksuele gezondheid behoeft bijstelling
De beleidsvisie op seksuele gezondheid, die de bewindslieden Kuipers (D66) en Van Ooijen (CU) begin oktober naar de Tweede Kamer stuurden, is nog niet af, zo vindt de SGP.
Ten aanzien van het private domein dient de overheid volgens de partij veel meer terughoudendheid te betrachten, terwijl ze in het publieke domein haar beschermende en normerende rol actief moet invullen. In het stuk komt dat volgens de SGP niet uit de verf. Ook de door het kabinet gehanteerde definitie van seksuele gezondheid, namelijk het vermogen van burgers om seksueel hun eigen regie te voeren, acht de partij te beperkt. Te individualistisch, schrijft de fractie, nadat de Tweede Kamer besloot de bewindslieden schriftelijk aan de tand te voelen over de beleidsvisie.
Concreet wil de SGP dat kabinet regels gaat stellen aan (reclame)uitingen die de seksuele gezondheid aantasten, net zoals er nu ook al regels zijn voor reclames voor tabak, alcohol of ongezond voedsel. Ook de beschikbaarheid van pornografie moet volgens de partij worden tegengegaan.
De SGP betwijfelt of de jonge generatie op seksueel gebied wel zo zelfbewust is als het kabinet doet voorkomen. Is het niet zo, zo vraagt de partij zich af, dat de nieuwe generaties meer dan ooit speelbal en slachtoffer zijn van allerlei kwade krachten op seksueel gebied, bijvoorbeeld door de macht van (sociale) media? „Hoe krijgt dat een plek in het kabinetsbeleid?”
Seksuele en relationele vorming op school moet volgens de SGP in het verlengde staan van de opvoeding en vorming in het gezin. Daarom moet de vrijheid van richting van scholen gewaarborgd blijven, zo vindt de partij; ook nadat het kabinet de kerndoelen voor de seksualiteitslessen in het onderwijs heeft herzien. „Scholen moeten op basis van hun missie en visie kunnen bepalen hoe zij de kerndoelen willen invullen”, zo bepleit de SGP.