Bram van der Horst schrijft in young adult ”Tilly’s rugzak” realistisch over jongeren
Te zwaar, oordeelde de uitgever, toen Bram van der Horst met zijn eerste schrijfsel aanklopte. Hij moest eerst maar eens wat luchtigers maken. Dus schreef hij onder meer een young adult over een meisje bij wie de problemen zich torenhoog opstapelen.
Bram van der Horst (1954) kan er wel om lachen. Iets luchtigs schrijven is niet aan hem besteed, dat weet hij ook. Zowel in zijn debuut, de thriller ”Dubbele agenda”, die vorig najaar verscheen, als in het recente ”Tilly’s rugzak” komen stevige relationele en maatschappelijke problemen aan bod.
In de young adult kruisen de levens van twee vrouwen elkaar. Dat van de opgroeiende Tilly –„sommigen vonden haar naam te ouderwets”, zegt Van der Horst, „maar ik vind hem speels en hij móést echt blijven”– en de jonge vrouw Irene. De eerste torst een verleden mee van onder meer psychische problematiek, verwaarlozing en drankverslaving in haar thuissituatie. De ander komt uit een warm reformatorisch gezin.
De in Kampen woonachtige Van der Horst beschrijft het verhaal wisselend vanuit het ik-perspectief van Tilly en het ik-perspectief van Irene. Tussendoor zijn er passages waarin hij relevante gebeurtenissen beschrijft die buiten het perspectief van de twee hoofdpersonen vallen.
Het verhaal van Tilly is een opeenstapeling van problemen, tot aan sores met een drugslab toe. Is haar rugzak niet te zwaar?
„Het is een heftig verhaal, maar dit maken jongeren echt mee. Ik denk dat we een te rooskleurig beeld hebben van de gezinssituatie van veel jongeren. En dat drugslab? Dat verwerkte ik in het verhaal omdat ik meer spanning wilde. In de eerste helft is die er maar weinig.”
U was bouwkundige en godsdienstdocent. Waarom ging u schrijven?
„Als 50-plusser ben ik het onderwijs in gegaan. Ik gaf kort les op de Pieter Zandt en daarna op het Hoornbeeck College. Ik volgde een hbo-opleiding om mijn lesbevoegdheid te halen. Voor die opleiding moest ik veel werkstukken schrijven. Daar had ik plezier in. Zo zelfs, dat ik een schrijfcursus ging volgen. Inmiddels ben ik met pensioen, maar ik ben nog wel invaldocent. Godsdienst is echt mijn vak. De lessen waarbij je met studenten in gesprek kunt gaan, vind ik het mooist. Ik verwacht binnenkort wel te gaan stoppen met lesgeven, zodat ik meer kan schrijven.”
Penibele gezinssituaties vormen tot nu toe de rode draad in uw werk. Waarom?
„Ik zie in mijn contacten met jongeren dat het lang niet altijd soepel loopt in gezinnen. Er zijn genoeg jongeren die moeilijke dingen moeten verwerken. Ja, dan heb ik het ook over jongeren uit reformatorische kring. Ook daar zijn psychische problemen, ook daar is de druk van de maatschappij van nu. Ik merk dat jongeren snel denken: bij een ander gaat het allemaal wél goed. Misschien is dat wat ik vooral wil laten zien: je bent niet de enige die nare dingen meemaakt.
Ken je het programma ”Over de streep”? Omdat ik een beelddenker ben, laat ik graag ook beelden zien aan mijn klassen. In dit programma staan scholieren achter een lijn en antwoorden ze op vragen van de presentator door wel of niet over die lijn te stappen. Bijvoorbeeld: „Stap over de streep als je met geweld in je gezin te maken hebt.” Je zíét de kinderen dan denken: o, joh, die heeft dat ook! Dat verlaagt de drempel om over problemen te praten.”
In ”Tilly’s rugzak” groeit Tilly op in een instabiel gezin en Irene in een warm, gelovig nest. Is dat niet te zwart-wit?
„Ik wilde graag beschrijven hoe goed het kan zijn in een gezin. Niet alleen bij Irene thuis, maar ook bij haar neef Harry en zijn vrouw, die Tilly opvangen. Ik wil laten zien hoe het leven in zo’n gezin in contrast staat met opgroeien in een lastige thuissituatie. In mijn eerste boek kwam de vader, die in naam christen was, er juist niet zo goed vanaf, met zijn dubbelleven. Dus dat compenseert elkaar. Tegelijk zie je in dit boek dat niet alles rooskleurig is bij Irene. Ook zij wordt als tiener gepest. Dat is de realiteit.
Aan studenten liet ik de film ”Spijt” zien (verfilming van een jeugdboek van Carry Slee, waarin een gepeste jongen zelfmoord pleegt, MO). In het gesprek dat we erna hadden bleek dat acht van de tien meisjes in die klas ooit werden gepest.
In mijn boek wil ik laten zien: wat doet pesten met je? En: welke rol spelen relaties in wie je uiteindelijk wordt? Van drie studenten weet ik dat ze het boek gelezen hebben. Twee van hen zeiden me: Ik moest het soms even wegleggen, want het verhaal kwam wel binnen. Het boek weerspiegelt iets van de wereld van jongeren van nu.”
En het boek waar u ooit mee bij de uitgever aanklopte ligt nog altijd in de la?
„Dat wordt het vierde boek, zoals het er nu naar uitziet. Het is een verhaal dat heel dicht bij mijn jeugdherinneringen blijft. Nu ben ik bezig met het derde boek. Dat gaat onder meer over een tiener die in de jaren zeventig zwanger raakt en een kind moet afstaan. Ook geen licht onderwerp, nee.”
Boekgegevens
”Tilly’s rugzak”, Bram van der Horst; uitg. De Banier; 248 blz.; € 14,95