Wereldbank: armere landen niet geholpen met daling energieprijzen
De Wereldbank verwacht dat de energieprijzen volgend jaar met ruim een tiende zullen dalen, maar armere landen zijn daar niet veel mee geholpen. Doordat veel valuta’s van opkomende economieën minder waard zijn geworden ten opzichte van de dollar zijn ze alsnog veel geld kwijt aan de import van grondstoffen, die doorgaans in de Amerikaanse nationale munt worden afgerekend.
Economen van ’s werelds grootste financier voor ontwikkelingssamenwerking wijzen erop dat Brentolie nu 6 procent goedkoper is dan in februari. Maar het gaat daarbij om prijzen in dollars. Bijna 60 procent van alle ontwikkelingslanden en opkomende economieën die hun olie importeren betalen juist meer dan in februari door de waardedaling van hun munt. Bij 90 procent van deze landen viel de rekening voor geïmporteerde tarwe ook duurder uit omdat hun munt minder waard was geworden.
„Beleidsmakers in opkomende economieën hebben maar beperkte mogelijkheden om de meest in het oog springende inflatiecyclus van de afgelopen decennia aan te pakken”, zegt Wereldbank-econoom Ayhan Kose bij de publicatie van het nieuwste grondstoffenrapport.
Energieprijzen stijgen in 2022 naar verwachting met zo’n 60 procent op jaarbasis, om volgend jaar met 11 procent te dalen. Maar de prijzen voor olie, gas en kolen liggen in veel landen waarschijnlijk nog vele malen hoger dan het gemiddelde van de afgelopen vijf jaar, waarschuwt de Wereldbank.
De Russische inval in Oekraïne joeg de energieprijzen eerder dit jaar hard omhoog, wegens zorgen over de toevoer van olie uit Rusland op de wereldmarkt. Ook voedselprijzen stegen na het begin van de oorlog hard, omdat Oekraïne als grote exporteur van graan en zonnebloemolie zijn havens in de Zwarte Zee niet kon gebruiken. De zogeheten graandeal tussen Rusland en Oekraïne nam veel zorgen over de voedselexport weg, waardoor de tarweprijzen deze zomer al met een vijfde daalden.
Volgens de Wereldbank dalen de prijzen voor belangrijke landbouwproducten volgend jaar 5 procent, mede dankzij goede tarweoogsten en stabiele rijstvoorraden. Maar er liggen risico’s op de loer, want blijvend hoge energieprijzen kunnen worden doorberekend in voedselprijzen.