OpinieVrouw in het ambt

Gaat keus voor de vrouw in het ambt in tegen scheppingsorde?

God schiep de man om te heersen en de vrouw om onderdanig te zijn. Door die scheppingsorde mag een vrouw geen ambtsdrager zijn. Wie hier anders over denkt, tast het Schriftgezag aan. Dat is echter de vraag.

Ds. D. Visser
8 October 2022 08:26
„Paulus schrijft in Efeze 4:11-16 dat de ”ambtsdragers” geroepen zijn te dienen tot opbouw van de gemeente, en wel zo dat de gemeente zichzelf opbouwt in de liefde.” beeld iStock
„Paulus schrijft in Efeze 4:11-16 dat de ”ambtsdragers” geroepen zijn te dienen tot opbouw van de gemeente, en wel zo dat de gemeente zichzelf opbouwt in de liefde.” beeld iStock

In het RD stond een boeiend vierluik over het debat over vrouwen in het ambt in de Christelijke Gereformeerde Kerken (3/8/15/17-09). In dat debat draait het om twee kernwoorden: scheppingsorde en Schriftgezag. Ik leg ze onder de loep.

Als volgens de scheppingsorde de man moet heersen en de vrouw onderdanig moet zijn, geldt dat niet alleen voor de kerk, maar ook in het gezin en de maatschappij. Wat de kerk betreft: zo’n vijftig jaar geleden waren de regels voor vrouwen in de CGK strikt. Zij mochten geen zondagsschool leiden of catechisatie geven en zeker geen kerkenraadstaken vervullen. Maar nu hebben in veel gemeenten vrouwen deze taken wel. De grens tussen hun taken en de taken van de ambtsdragers is flinterdun. Te dun, als de ”scheppingsorde” betekent dat de vrouw binnen de gemeente geen leiding mag geven, maar dient te zwijgen.

Het woord scheppingsorde komt trouwens in de Bijbel niet voor. Als laatste van alle schepselen schiep God de mens naar Zijn beeld; mannelijk en vrouwelijk schiep Hij hen. Het is hun taak te heersen over de andere schepselen (Genesis 1:28). Hier staat niet dat de man moet heersen over zijn vrouw. Dat staat in Genesis 3:16, als een aspect niet van de scheppingsorde, maar van Gods oordeel over de zonde.

Die vloek heeft Christus echter overwonnen door zijn vloekdood. Door genade zijn de Zijnen een nieuwe schepping. In dat geloof mag Christus’ gemeente leven, geroepen om Koning Jezus te dienen.

Terug naar de ”schepping” van de vrouw. Eva is geen aparte schepping, maar werd door de Heere gebouwd uit de zijde (een rib) van Adam. Zij paste bij Adam, als zijn wederhelft. Daarom moet een man zijn vader en moeder verlaten om totaal één te zijn met zijn vrouw (Genesis 2:21-24). Dat is Gods orde.

Schriftgezag

Paulus schrijft echter dat Eva na Adam is geschapen, maar als eerste werd misleid. Daarom moet een vrouw onderdanig zijn. Ze mag geen onderwijs geven (1 Timotheüs 2:11-14). Ze moet zwijgen in de gemeente (1 Korinthe 14:34). Voorstanders van de vrouw in het ambt lijken daarom het Schriftgezag te ondermijnen.

Voor een goed begrip moeten we deze teksten lezen in hun verband. In 1 Korinthe schrijft Paulus niet over de ambtsdragers, maar roept hij de gemeente op de diensten ordelijk en tot opbouw te laten verlopen. In dat kader noemt hij dat mannen zowel als vrouwen mogen bidden, profeteren en spreken in tongen (1 Korinthe 11:4-16; 14:26-39). Onze praktijk is anders. Een ambtsdrager doet de gebeden. Tongentaal en profeteren zijn onder ons ongehoord.

Hoe is de ruimte die Paulus aan vrouwen geeft om zich in de dienst te laten horen te rijmen met zijn vermaning in 14:34 dat zij in de gemeente moeten zwijgen? De meest aannemelijke verklaring is dat er toen in de dienst ook een gespreksmoment was, waaraan een vrouw in het bijzijn van haar man niet actief mocht deelnemen.

In 1 Timotheüs 2 adviseert Paulus mannen en vrouwen inzake houding en gedrag in de eredienst. Hoofdstuk 2:11-15 wordt vaak opgevat als een verbod voor vrouwen om ambtelijk te spreken. Met gebruik van een ogenschijnlijk krachtig argument: Adam werd eerst geschapen, daarna Eva.

Dat is echter niet de scheppingsorde, zoals hierboven bleek uit Genesis 1 en 2. De spits van 1 Timotheüs 2:13-14 is de constatering dat de vrouw als eerste misleid werd. Mogelijk telde de gemeente zusters die verleid waren door emancipatiestreven en zich daarom moesten stilhouden. Deze gedeelten gaan in elk geval niet over de vraag wie ambtsdragers mogen zijn.

Zijweg

De Bijbel lijkt de slavernij te legitimeren. In de lijn van de oudtestamentische wetten voor de slavernij roepen Paulus en Petrus de slaven op hun heren in alles gehoorzaam te zijn, ook de onrechtvaardige (Kolossenzen 3:22 en 1 Petrus 2:18). Daarom schreef Da Costa in 1823 dat het pleidooi voor de afschaffing van de slavernij voortkwam uit de tijdgeest. Daarmee vertolkte hij de mening van orthodoxe christenen. Maar zij zien dat nu anders, zo valt ook geregeld te lezen in het RD.

Voor God zijn alle mensen gelijk. Bovendien bevrijdde de Heere Zijn volk uit het slavenhuis. Christus verloste al de Zijnen uit slavernij.

Slotsom

Is er een parallel met de verhouding man-vrouw? Mag een vrouw per definitie geen ambtsdrager zijn? Of was dat niet juist in de tijd dat de verhouding tussen man en vrouw anders lag? Is die vraag legitiem of tast ze het Schriftgezag aan? Gaat de keus voor de vrouw in het ambt in tegen de scheppingsorde? Hierboven blijkt dat je dat zo niet kunt zeggen.

Paulus gebruikt trouwens het woord ambten niet, maar spreekt over diensten. Hij schrijft in Efeze 4:11-16 dat de ”ambtsdragers” geroepen zijn te dienen tot opbouw van de gemeente, en wel zo dat de gemeente zichzelf opbouwt in de liefde. Hij zegt er niet bij dat alleen mannen dit dienstwerk mogen uitvoeren. Bezinning op dit gedeelte zou vruchtbaar zijn voor een juiste visie op de ambten en de impasse in het debat kunnen doorbreken.

De auteur is emeritus predikant in de Christelijke Gereformeerde Kerken.

Meer over
Vrouw en ambt

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer