Oprichter Chinees techbedrijf JD.com schikt in verkrachtingszaak
De oprichter van het Chinese techbedrijf JD.com, Richard Liu, heeft een schikking getroffen met een vrouw die hem had aangeklaagd wegens verkrachting. De miljardair en zijn vermeende slachtoffer zetten zo een punt achter de rechtszaak, waarvan de eerste rechtszitting over twee dagen zou beginnen.
De vrouw die Richard Liu had aangeklaagd, Liu Jingyao, deed in 2018 aangifte tegen de techondernemer. Ze verklaarde daarin dat Richard Liu haar in een auto begon te betasten en later verkrachtte. Openbaar aanklagers zagen af van vervolging omdat ze te weinig bewijs zeiden te hebben voor een zaak. Vervolgens spande de vrouw een civiele rechtszaak aan.
Nu schrijven advocaten van de twee: „Het incident tussen Jingyao Liu en Richard Liu heeft tot een misverstand geleid dat veel aandacht heeft gekregen en veel leed heeft veroorzaakt bij de partijen en hun gezinnen. Vandaag zijn ze overeengekomen meningsverschillen terzijde te schuiven en hun juridische geschil te schikken om verdere pijn als gevolg van de rechtszaak te voorkomen.”
Details van de schikking zijn niet openbaar. Liu Jingyao eiste een schadevergoeding van minstens 50.000 dollar (51.000 dollar). Richard Liu heeft de beschuldiging van verkrachting altijd tegengesproken en zei dat alles wat gebeurde wederzijdse instemming had.
Richard Liu, die in China Liu Qiangdong heet, is een van de machtigste zakenlieden in China en staat in de top 150 van rijkste mensen ter wereld. Sinds de oprichting van JD.com in 1998 is het bedrijf uitgegroeid tot een van de grootste platforms voor onlinewinkelen in het Aziatische land.
In China was er veel aandacht voor de aanklacht. In het land zelf zijn de mogelijkheden voor slachtoffers van seksueel misbruik om daders aan te klagen beperkt, omdat Chinese rechtbanken weinig waarde hechten aan getuigenverklaringen. Vooral op sociale media maakte de zaak veel los, waarbij sommige mensen Liu Jingyao aanvielen en van chantage beschuldigden.
Richard Liu trad in april af als topman van JD.com en droeg 45 procent van zijn belang in het techbedrijf over aan dochterondernemingen van JD.com. Hij trok zich wegens „persoonlijke omstandigheden” ook terug als lid van de Politieke Consultatieve Conferentie van het Chinese Volk, een adviesorgaan voor de overheid.