NS bang voor mogelijke gevolgen verlies internationale lijnen
De Nederlandse Spoorwegen (NS) zijn bang dat de internationale treinen naar bijvoorbeeld Brussel in de toekomst niet meer zo frequent zullen rijden als afspraken over de verbindingen met het buitenland uit de concessie voor het hoofdrailnet worden gehaald. Daarvoor waarschuwt een woordvoerder van de NS na berichtgeving door Het Financieele Dagblad.
Het ministerie van Infrastructuur wil in de nieuwe meerjarige concessie, die loopt vanaf begin 2025, meer ruimte geven aan concurrentie op het spoor. Dat is ook in lijn met het Europese beleid. Maar nu heeft de NS nog verplichtingen ten aanzien van de internationale verbindingen, waarbij wordt samengewerkt met buitenlandse spoorvervoerders. Een gevolg daarvan is bijvoorbeeld dat er overdag ieder uur een trein gaat naar Brussel, legt de zegsman van de NS uit.
In het concessievoorstel dat op tafel ligt, worden de lijnen over de grens niet meer meegenomen. Volgens de NS worden grote spoorbedrijven uit bijvoorbeeld Frankrijk of Duitsland hiermee uitgenodigd om zonder de NS te gaan rijden op de verbindingen met Nederland. Maar zij zijn waarschijnlijk vooral geïnteresseerd in commercieel interessante tijden, bijvoorbeeld in de spits, denkt de NS.
Waarnemend NS-topman Bert Groenewegen zegt in gesprek met het FD geschrokken te zijn van deze en andere veranderingen in het voorlopig programma van eisen voor de nieuwe concessie. In de krant worden ook de volumeafspraken voor Nederlandse trajecten aangehaald waarop de overheid aanstuurt. Die zouden betekenen dat de NS op gewilde verbindingen straks nog maar een beperkt aantal treinen per uur mag laten rijden om ook ruimte te bieden aan andere aanbieders.
Binnenkort is er nog een vergadering in de Tweede Kamer, waarin voor- en tegenstanders van de liberalisering op het spoor zullen ingaan op de eisen voor de concessie. Namens de NS zal Groenewegen daar aanschuiven. Maar ook verschillende hoogleraren en andere belangbehartigers zullen daar naar verwachting hun mening geven.