Op kruistocht voor lhbtiq+’er in de kerk
Een „heilige strijd” voert Johan Verweij, „een kruistocht!” Naar eigen zeggen „niet tegen de kerk, maar vóór een inclusieve wereld. Dus vóór een veilige kerk, óók voor lhbtiq+’ers.” Maar om dat te bereiken, is in de kerk, met name het orthodoxe deel ervan, een „roze revolutie” nodig. „Het is tenslotte mijn leven, nietwaar?”
Verweij (36) groeit op in kerkelijk Nieuw-Lekkerland. Al jong ontdekt hij dat zijn „liefdesverlangens een andere richting op gaan dan de gebruikelijke, maar denk maar niet dat ik het ooit iemand vertel. Het komt niet eens in me op.”
Op zeker moment, nu twintig jaar geleden, ondergaat hij, zoals hij het noemt, „conversietherapie, via een intense gebedssessie. Op een zondagavond, na de avonddienst in de kerk. Omdat ik er steeds meer in ben gaan geloven dat dit ook voor mij is weggelegd.” De sessie, uitgevoerd door „twee gelovige vriendinnen”, lijkt resultaat te hebben: de „homoseksuele geest” wordt verdreven. „Wat een euforisch moment!”
Maar de „geestelijke bubbel” duurt niet lang. „Langzaam maar zeker keren mijn homoseksuele gevoelens terug. Ze nestelen zich in me en ik probeer ze met man en macht te verdringen. Ik word doodsbang.”
Nog een keer probeert Verweij de „truc van homogenezing”, opnieuw „zonder het gewenste resultaat.” Op zijn 23e gooit hij „de handdoek in de ring en besluit dat het zo niet langer kan.” Een „nieuw leven” vangt aan, „de verrijzenis van een herboren mens.”
Pamflet
In 2020 publiceert Verweij ”Het roze schaap”, een boek met de veelzeggende ondertitel ”Een gruwel Gods?” Twee jaar later verschijnt een tweede boek van zijn hand, ”Breekbaar roze”.
Of boek – het is meer een pamflet, een strijdschrift, een –toch wel– kruistocht tégen de „conservatieve kerken”, vooral ook in Nieuw-Lekkerland. Een van de hoofdstuktitels luidt ”Gods regenboog is er niet voor lhbtiq+’ers in Nieuw-Lekkerland”.
De auteur, die nu in Culemborg woont, trok voor dit hoofdstuk „de roze missionarisschoenen aan” en benaderde de kerken in zijn geboortedorp met de vraag hoe het er, ruim twintig jaar later, voor staat met het leefklimaat voor „roze gelovigen. Hebben de kerken daar inmiddels enige progressie geboekt? Zou er hoop zijn voor lhbtiq+’ers in Nieuw-Lekkerland?”
De uitkomst is „ronduit schrijnend”, constateert hij. „Kan ik direct duidelijk over zijn.” Overigens lijkt er van enig écht –mondeling, menselijk– contact tussen hem en de kerkelijke gemeenten in het Lekdorp geen sprake te zijn geweest. Was de route die Verweij voor zijn ‘onderzoek’ bewandelde niet wat ál te gemakkelijk?
In elk geval: ook de reactie van de hervormde gemeente Kinderdijk-Middelweg, waar hij als kind werd „besprenkeld met het ‘heilige doopwater’”, had hem „bar weinig te bieden.” Van wat de predikant zegt in een hem toegestuurde preek over Zondag 41 van de Heidelbergse Catechismus –het zevende gebod– zou je „toch spontaan de hiklach krijgen als het niet zo treurig was.”
En passant stelt Verweij hier de werkgroep Struggel van het interkerkelijk platform Bijbels Beraad M/V aan de orde. „Een werkgroep van mannen en vrouwen met homoseksuele gevoelens. O ja hoor, ze willen best een luisterend oor bieden aan iedereen die met deze gevoelens worstelt, maar dan wel vanuit de leidraad dat een seksuele liefdesrelatie voorbehouden is aan één man en één vrouw binnen een monogaam huwelijk! Zodat je als lhbtiq+’er in feite levenslang krijgt, want een relatie met iemand van hetzelfde geslacht, nee da’s volgens deze Strugglers dus niet de bedoeling.”
Teleurstellende ervaringen dus met de Nieuw-Lekkerlandse kerken. „Wat is dan helemaal het perspectief voor lhbtiq+’ers in zulke groeperingen? Ik krijg het niet gedraaid! Toch blijf ik het proberen tegen beter weten in. Er moet toch ergens een begin zijn van gezond verstand in plaats van dit soort middeleeuwse opvattingen te blijven uitdragen. Toch?”
Maar er is hoop. Dat bewijst, aldus Verweij, het Leger des Heils in Nederland met haar „onverwacht baanbrekende brief in juli 2022 aan haar achterban. (…) Zo! Daar word ik wel even stil van na mijn teleurstellende ervaringen met de Nieuw-Lekkerlandse kerken.”
En dan was daar ook nog de Nashvilleverklaring, in 2019, die „een gigantische tegenbeweging” op gang bracht en „de homo-emancipatie juist in orthodox-christelijk Nederland een flinke duw in de rug” gaf. „Iets waar de ondertekenaars van deze verklaring dus absoluut geen rekening mee hebben gehouden!”
Voor zijn boek sprak Verweij een aantal mensen die, min of meer, vergelijkbare ervaringen hebben als hij met de (orthodoxe) kerk, oftewel met de „idioterie van een godsdienst die ons bestaansrecht teniet doet”, zoals „pink pastor” Hinke van Abbema hem appte. Sommigen zeiden de kerk vaarwel, anderen sloten zich aan bij een gemeente die wel „lhbtiq±vriendelijk” is, zoals de Rotterdamse Bergsingelkerk.
Grote waardering heeft de auteur, zelf „ex-kerkganger”, voor Hanne de Vries, een bekend aanbiddingsleider in evangelisch Nederland en oprichter van Stichting Love Revolution. Zelf getrouwd met een vrouw, had er bij De Vries „een ommekeer plaats in zijn denken” over lhbtiq+. Hij ging de Bijbel op een andere manier lezen: „Door betekenis aan de Bijbel te geven vanuit liefde, in plaats van liefde betekenis te geven vanuit de Bijbel.”
Trend
Verweijs boek, voorzien van een voorwoord door John Lapré („Johans boek leverde mij een traan en een glimlach”), past in een trend. Steeds luider klinkt de roep om de Bijbel ook waar het gaat om (homo)seksualiteit anders te gaan lezen. Vorige maand verscheen bij uitgeverij Berne Media het boek ”Wat de Bijbel wél zegt over homoseksualiteit”, een vertaling van de bestseller van de Amerikaanse priester Daniel A. Helminiak uit 1994. Volgens de vertaler, pater Mark-Robin Hoogland, wordt uit Helminiaks boek duidelijk „dat er Bijbels gezien niks mis is met homoseksualiteit. Helemaal niks. Nix.” Het eerder dit jaar gepubliceerde boek ”Vuur dat nooit dooft”, van dr. René Erwich en dr. Almatine Leene, lijkt eveneens de weg te plaveien voor een christelijke acceptatie van homoseksuele relaties en transities van man naar vrouw, of omgekeerd.
Publicaties als deze doen het doorgaans goed, ook in seculiere media. ”Johan Verweij schreef een boek over misstanden in de kerk”, aldus winq.nl. Ook het regionale nieuwsblad Het Kontakt besteedde aandacht aan de uitgave, die „de handschoen opneemt tegen kerkelijke instituties die lhbtiq+’ers stelselmatig onderdrukken en veroordelen.”
Seksuele revolutie
Het zal het laatste boek dat een lans breekt voor het naar buiten treden van lhbtiq+’ers niet zijn – overigens is het zeer de vraag of homoseksuelen, intersekse personen, transgenders, enzovoorts, zomaar, met die paar letters, onder één noemer kunnen worden gebracht.
Kerkenraden, zoals de Nieuw-Lekkerlandse, én gemeenteleden zouden er goed aan doen het (Engelstalige) boek van de Amerikaanse theoloog en kerkhistoricus Carl R. Trueman aan te schaffen, ”De opkomst en triomf van het moderne zelf”. Uitvoerig, en grondig gedocumenteerd, beschrijft Trueman daarin de wortels van de seksuele revolutie – die niet pas in de jaren zestig begon. Een revolutie, zo laat hij zien, die álles omver wil werpen wat herinnert aan het orthodoxe christendom. Waarvoor als het gaat om samenlevingsvormen ook niet één ethische standaard meer heilig is.
Wat dat betreft, staat kerken en christelijke scholen nog wel wat te wachten, aldus Trueman. Het enige wat, ook voor rechters, straks nog telt, is: Kan iemand zichzelf zijn én uitleven? Zo niet, dan zal het verbod op discriminatie op zeker moment gaan prevaleren boven de vrijheid van godsdienst en meningsuiting. Dát wordt onze –seculiere– toekomst, geheel in de geest van de filosoof van de Romantiek, Rousseau, en in diens voetspoor Friedrich Nietzsche. En wee de kerk die nog anders durft te prediken.
Overigens constateerde Markus Hoffman van het Institut für Ethik und Werte in het Duitse Giessen onlangs dat steeds meer mensen met een andere seksuele oriëntatie die zich thuisvoelen bij de Bijbelse lijnen rond huwelijk en seksualiteit, helemaal niet blij zijn met de huidige nadruk, ook in christelijke kring, op het ”Je bent okay zoals je bent”. Zij voelen zich, als celibatair levende homo bijvoorbeeld, onder druk gezet, buitengesloten, „heimatlos.” In welke christelijke gemeente kunnen zij straks nog terecht?
Verschillende golflengte
Intussen blijft staan dat de levensverhalen die Johan Verweij optekende, nogal eens schrijnend zijn. „Vanwege zijn geaardheid wordt Bas op school vaak gepest en bedreigd.” Ook de auteur overwoog zich te verdrinken in de Noord. In dit licht geeft zijn boek een inkijkje in vaak breekbare mensenlevens. De (pastorale) vragen die hier liggen, vragen om een antwoord. Deze mensen zijn en worden niet zelden te gemakkelijk aan hun lot overgelaten.
Het boek van Verweij, dat overigens een rommelige indruk maakt, laat zien hoe nodig het is in gesprek te blijven. Maar hoe doe je dat, als gesprekspartners op zo’n totaal verschillende golflengte zitten, juist waar het gaat om het lezen van de Bijbel? Nog een keer Carl Trueman: „Laat de kerk, evenals in de eerste eeuwen na Christus, kerk blijven en vasthouden aan de haar overgeleverde leer, óók rond huwelijk en seksualiteit.” Maar tegelijk oog houden voor ál haar (doop)leden.
Breekbaar roze, Johan Verweij; uitg. Mijnbestseller.nl; 136 blz., € 20,00