Gemengde gevoelens in Suriname over bezoek Kamerdelegatie
Na dertien jaar brengt een delegatie van de Tweede Kamer vanaf zaterdag een werkbezoek aan Suriname. Dat was lange tijd niet mogelijk vanwege de verstoorde verhoudingen tussen beide landen omdat ex-dictator Desi Bouterse president was.
In Suriname kijken weinig mensen uit naar het bezoek van de volksvertegenwoordigers uit het voormalige moederland. Dankzij de voortdurende economische crisis, waar de regering van president Chandrikapersad Santokhi volgens velen te weinig aan doet, hebben ze hele andere dingen aan het hoofd. Iedere dag vragen duizenden huismoeders zich af hoe ze hun kinderen kunnen voeden.
Wie wel uitkijkt naar het bezoek, dat vooral in het teken zal staan van het slavernijverleden, is Armand Zunder. Hij is voorzitter van de Nationale Reparatie Commissie en vindt dat Nederland excuses moet aanbieden voor de verschrikkingen van het slavernijverleden. Als het aan hem ligt, moeten die excuses van premier Mark Rutte en van koning Willem-Alexander persoonlijk komen.
Zunder zal via een presentatie de delegatie van het Nederlandse parlement informeren over het slavernijverleden. Zunder hoopt dat die excuses volgend jaar komen als het op 1 juli 150 jaar geleden is dat de slaven echt een vrij mens werden. De slavernij was al tien jaar eerder afgeschaft, maar de slaven waren verplicht nog tien jaar te werken.
Bovenal wil Zunder herstelbetalingen van Nederland voor het leed dat de voorouders van de Afro-Surinamers is aangedaan. „Daaraan zal een prijskaartje moeten hangen en dienen partijen overeen te komen hoe ze dat gaan aanpakken.”
Of die excuses gaan komen, is maar zeer de vraag. Premier Rutte weigert excuses aan te bieden. Hij vreest dat dit „de Nederlandse samenleving verder zou kunnen polariseren”, zo liet hij enkele jaren geleden al weten. Over herstelbetalingen valt met Rutte helemaal niet te praten. Reden voor de partij om af te zien van deze reis.
Hoewel in Suriname wat vreemd wordt aangekeken tegen de afwezigheid van de grootste regeringspartij, snappen veel mensen wel dat men niet zit te springen om over de brug komen met herstelbetalingen. „Want waar gaat dat geld naar toe? Wie moet dat beheren?”, vraagt Kenneth Pokie , lid van het bestuur van een dorp aan de Boven Surinamerivier en nazaat van slaven. „Die Zunder is niet helemaal eerlijk, dus dit is vragen om problemen. Zoals die altijd zijn ontstaan als er ergens geld voor komt. Nooit is er ook maar één cent terechtgekomen bij de mensen voor wie het bestemd was”, weet hij uit ervaring.