Bezit van de zaak...
Vakantietijd betekent voor veel Nederlanders koffers pakken. Moeders van gezinnen werken lijstjes af met alles wat mee moet. Vaders stouwen zo veel mogelijk vakkundig in de kofferbak. Vooral bij vliegen wordt er goed nagedacht over de kilootjes die mee kunnen. En wat er eventueel op Schiphol mag blijven staan. Mensen kunnen er al weken van tevoren druk mee zijn, stel ik met enige verbazing vast.
Misschien is het onze zendingsachtergrond en dus ervaring met regelmatig korter en langer reizen. In een half uur kan iedereen hier prima z’n tas inpakken. Misschien is het ons jongensgezin, waarbij je een eind komt met een voetbal en een stapel Donald Ducks. Misschien zijn we te makkelijk. Onze jongste is net weg naar een jongerenkamp en zijn gevulde toilettas ligt hier nog op tafel.
Maar als ik ergens van overtuigd ben geraakt, is het wel dat het lang niet altijd positief is om veel spullen bij je te hebben. Bezittingen vragen namelijk om zorg en aandacht. Je kunt je spullen kwijtraken, ze kunnen worden gestolen of hebben onderhoud nodig. Gemiddeld bezit iedere Nederlander 10.000 dingen! Denk maar eens aan die volgestouwde zolder of uitpuilende kledingkast. We zijn dus gemiddeld 10.000 keer verantwoordelijk voor iets. En vakantie is nu juist bedoeld om te ontzorgen of om zorg te besteden aan jezelf en aan medegezins- leden. Wie minder spullen bij zich heeft, heeft ook minder te verzorgen en creëert zo meer ruimte en tijd. Tijd om te investeren in ons meest waardevolle bezit, dat eigenlijk altijd immaterieel is. Mensen zijn veel belangrijker dan spullen.
Bijbels gezien is het onze Schepper Die verantwoordelijkheden geeft en ons rentmeester maakt van alle goede gaven. Die we ook in dankbaarheid uit Zijn Vaderlijke hand mogen ontvangen. Dat zijn onze spullen, onze dagelijkse werkzaamheden, maar natuurlijk ook onze geliefden. Bezit is dan eigenlijk niet zo’n goed woord. Het gaat niet om wat wij hebben, maar om dat waar wij de verantwoordelijkheid voor gekregen hebben. Zo worden onze kinderen ook wel ”leenpanden” genoemd. Kinderen zijn het eigendom van de Heere, zegt Psalm 127. Wij krijgen de verantwoordelijke taak om hen op te voeden voor een leven met de Heere. En om hen te leren verantwoordelijkheid te nemen voor wat hun is toevertrouwd. Zorg dragen voor een huisdier blijkt dan vaak al een hele klus.
Zo is ook onze man of vrouw een geschenk van God. Het klassieke huwelijksformulier formuleert het als volgt: „overmits Hij Adam zijn huisvrouw geschapen, Zelf toegebracht, en hem tot een huisvrouw gegeven heeft; daarmede betuigende dat Hij nog heden ten dage aan een ieder zijn huisvrouw gelijk als met Zijn hand toebrengt.”
Het is niet zo vruchtbaar om je man of vrouw te zien als je persoonlijke bezit waar jij verantwoordelijk voor bent. Iedere volwassene is verantwoordelijk voor zijn of haar eigen leven. Maar zien wij onze levenspartner, soms na jaren huwelijk, nog steeds als een geschenk van boven? Door Gods hand ons toegebracht? Weet je nog waarom je zo blind verliefd werd en wat je zo leuk aan hem of haar vond? Daar is vast nog wel iets van over. Onderzoek toont aan dat het je relatie significant verbetert als je jezelf als geluksvogel ziet vanwege je man of vrouw. Als je elke dag weer dankbaar bent voor de fijne kanten van je eega. Focus je deze vakantie eens op de positieve eigenschappen van de ander en benoem deze ook regelmatig. Dankbaar ben je niet in de eerste plaats omdat je gelukkig bent, maar dankbaarheid maakt gelukkig. Ook als het gaat om je man of vrouw met gebreken.
Bezit geeft verantwoordelijkheid, ook als we een man of vrouw gekregen hebben. Gelukkige echtparen brengen vijf uur langer per week met elkaar door dan stellen die niet zo tevreden zijn over hun relatie. Aandacht en zorg voor dit bezit geven vermaak en zijn meestal niet het einde van de zaak.
De auteur is relatiehulpverlener bij Stichting De Vluchtheuvel.