In politiek doet levensbeschouwing volop mee
„Liberalen laten iedereen graag vrij… totdat je buiten de oevers van de liberale stroming treedt.” Gert-Jan Segers, CU-partijleider, schreef onlangs een column met deze pakkende quote. Ook in de lokale politiek maakt deze houding opgang.
De grondwet bepaalt dat iedere inwoner van Nederland gelijkwaardig is, ongeacht afkomst, etnische achtergrond, geaardheid of religie. Deze gelijkwaardigheid op basis van wederzijds respect is voor de meeste confessionele partijen erg belangrijk.
De gemeenteraadsverkiezingen van maart liggen ver achter ons. In de meeste gevallen zijn de coalities gesmeed en de colleges geïnstalleerd. Tijdens de onderhandelingen waren er ook nu weer in verschillende gemeenten geluiden om deze gelijkwaardigheid op lokaal niveau te ondermijnen. Bijvoorbeeld door de kerkgang of zondagsrust niet te respecteren. Toch is dit onderdeel van de levensbeschouwing van inwoners, hoe klein deze groep soms ook lijkt te zijn.
Het lijkt me daarom goed om nog eens uiteen te zetten hoe democratie, liberalisme en verschillende levensbeschouwingen zich tot elkaar verhouden. Het zou mooi zijn als dit ook lokaal in gemeenten meer kon worden vormgegeven.
Neutraal
In de eerste plaats betekent het feit dat de overheid, en hiermee ook de lokale overheid, neutraal is juist niet dat ze zich verzet tegen bepaalde levensbeschouwingen. Integendeel. Juist omwille van een groot respect voor ieders levensbeschouwing is gewetensvrijheid een noodzaak.
De praktijk ziet er helaas echter vaak anders uit: door de levensbeschouwelijke dimensie te beperken tot de strikt persoonlijke levenssfeer verdwijnt ook de mogelijkheid om het er samen over te hebben. Bijvoorbeeld tegen de wil van een gedeelte van de kiezers of zelfs een potentiële coalitiepartij de zondagsrust compleet schrappen, is niet echt neutraal of liberaal te noemen.
Voor de uiteindelijke besluitvorming mag ideologische argumentatie, dus ook het liberalisme, immers niet al te bepalend zijn. Want een neutrale overheid mag niet toelaten dat haar beleid slechts vanuit één waardenoriëntatie wordt gemotiveerd. Dat dit vanuit verschillende perspectieven kan worden bekeken, begrijp ik ook.
In elk politiek debat wordt de politieke keuze die de grootst mogelijke keuzevrijheid geeft als liberaal gezien. Andere standpunten worden hierdoor meteen als onverdraagzaam gebrandmerkt en in de verdediging gedrukt. Het is vooral deze politieke vertaling van het liberalisme die getuigt van erg weinig ruimte voor nuance of zelfs vrijheid van mening. Zo lijkt liberalisme een volstrekte tegenpool te zijn van een christelijke levensbeschouwing.
Jammer genoeg getuigt deze houding ook van weinig politieke en intellectuele eerlijkheid. Door levensbeschouwelijke argumentaties meteen naar de persoonlijke levenssfeer te verwijzen, ben je niet meer verplicht om er serieus naar te luisteren of er op in te gaan. Alles maar van tafel schuiven onder het mom van liberalisme doet wel erg gemakkelijk aan.
Het lijkt vanuit een liberaal standpunt aannemelijk dat we de zondagsrust vandaag niet meer alleen vanuit één levensbeschouwing kunnen motiveren. Maar zou de afschaffing daarom een keuze voor neutraliteit en vrijheid zijn?
Niet per se, want het afschaffen ervan past perfect in een economische visie die vooral oog heeft voor alsmaar verdere groei en consumptie. Een dergelijke visie is zeker niet neutraal, maar hangt samen met een wereldbeeld waarin de economie andere levensdomeinen overheerst.
Liberalisme en confessionele politiek, het blijft schuren. Gelukkig zijn er ook nog veel liberalen met Godsbesef. Want geloof is natuurlijk niet weggelegd voor leden van een specifieke politieke partij. Geloven gaat dwars over politieke kleuren en kerkmuren heen. Gelukkig maar.
De auteur studeert Cultuurwetenschappen aan de Open Universiteit.