Maandag werd bekend dat de index voor de negentien eurolanden in juli met een stand van 49,8 voor het eerst in ruim twee jaar onder de 50 is gekomen. Dat wijst erop dat de bedrijvigheid afneemt. Boven de 50 is sprake van groei. In Duitsland, Frankrijk en Italië slepen bedrijven minder nieuwe orders in de wacht.

Vorige week al verlaagde het Internationaal Monetair Fonds (IMF) zijn wereldwijde groeiprognoses en waarschuwde voor een recessie. Vooral de vooruitzichten voor de eurozone zijn verslechterd hoewel de economie van het landenblok in het tweede kwartaal nog een verrassende groei kende van 0,7 procent. Door de recordhoge inflatie en het gevaar dat Rusland de gaskraan naar Europa volledig dichtdraait ligt een recessie echter op de loer.

Ergste

„De productie in de eurozone neemt in een snel tempo af, wat bijdraagt aan de recessierisico’s van de regio”, zei econoom Chris Williamson van onderzoeksbureau S&P Global, dat de inkoopmanagersindexen bijhoudt. „Nieuwe orders dalen net zo snel als tijdens de schuldencrisis in 2012, met uitzondering van de lockdownmaanden tijdens de coronapandemie. En het ergste moet waarschijnlijk nog komen.”

Vooral in Duitsland, Italië en Frankrijk, de drie grootste economieën van de eurozone, neemt de productie volgens Williamson in een „zorgwekkend tempo” af. In Nederland was in juli nog wel sprake van groei, maar zwakte de activiteit met een index van 54,5 af tot het laagste niveau sinds november 2020. Bert Colijn, hoofdeconoom bij ING, spreekt in Het Financieele Dagblad van dinsdag van „een vrij zorgwekkend beeld.”

In China liet de industrie vorige maand een onverwachte krimp zien door de coronalockdowns in het land en de afzwakkende wereldeconomie. Ook in Zuid-Korea en Taiwan viel de bedrijvigheid in de sector flink terug. In Taiwan was sprake van de grootste afname van de productie en nieuwe orders sinds het begin van de pandemie in 2020. In de Verenigde Staten daalde de index licht, van 53 in juni naar 52,8 afgelopen maand.