Boeren bedreigen bedrijven die blokkades opruimen
Het is Rijkswaterstaat na een heuse zoektocht gelukt een ander bedrijf te vinden dat de rommel wil opruimen die boeren woensdag achterlieten op de A1 tussen afrit Voorst en knooppunt Beekbergen.
Het lijkt alsof er niks aan de hand is, deze donderdagochtend bij afrit Voorst. Een boer maait zijn gras, een haas vindt zijn weg in het groen langs de snelweg en het verkeer moet van de A1 af omdat boeren de snelweg hebben geblokkeerd met autobanden – ook het laatste lijkt de laatste weken bij de dagelijkse gang van zaken te horen.
Maar schijn bedriegt. Niet zichtbaar is dat Rijkswaterstaat de mannen die de blokkade opruimen met moeite heeft kunnen strikken. Boeren bedreigen bedrijven die meewerken om de weg schoon te maken. De NOS meldde woensdag dat ondernemers telefoontjes krijgen waarin ze worden uitgemaakt voor NSB’ers. Ook zouden ze doodsbedreigingen ontvangen. Bovendien ligt er ook asbest op de A1. Dat bemoeilijkt de zoektocht verder, omdat niet alle bedrijven dat kunnen verwijderen.
De omgeving van afrit Voorst is op te delen in drie werelden. Op de A1 richting Deventer rijdt het verkeer ongestoord door. Iedereen gaat zijn gang. De andere wereld bevindt zich op de tegenoverliggende weghelft. Daar vormt zich een file van auto’s die de weg af moeten. Binnendoor gaat het naar Apeldoorn, waar de bestuurders hun route over de snelweg kunnen vervolgen. En dan is er nog de groene omgeving van de snelweg. Het ruikt er naar versgemaaid gras. Aan een hoeve die uitkijkt op de opruimwerkzaamheden hangt ironisch genoeg een omgekeerde vlag.
De A1 is naar verwachting dicht tot donderdagavond 18.00 uur. Rijkswaterstaat is niet te spreken over de boerenblokkades. Werkmannen ter plekke willen geen vragen beantwoorden, maar een woordvoerder van Rijkswaterstaat is wel bereid telefonisch een reactie geven. „De veiligheid en de doorstroming van het wegverkeer zijn voor ons het belangrijkste. Daarom is de snelweg wat ons betreft geen goede plek om actie te voeren.”
Rijkswaterstaat neemt geen extra maatregelen om de werkmannen te beveiligen, meldt de woordvoerder desgevraagd. „Wij gaan daar niet over. Wie zich bedreigd voelt, moet naar de politie.”