FNV stapt uit polderoverleg over werk met gevaarlijke stoffen
FNV trekt zich terug uit het polderoverleg over werk met gevaarlijke stoffen. Volgens de vakbond nemen werkgevers en overheid het overleg niet serieus genoeg. „De maat is vol. Wij willen niet langer als schaamlap dienen voor bedrijven en overheid”, zegt FNV-vicevoorzitter Kitty Jong in een verklaring.
Het gaat om de commissie Grenswaarden bij de Sociaal-Economische Raad (SER). Daar wordt bijvoorbeeld gepraat over veilig werken met kankerverwekkende stoffen, zoals chroom-6, houtstof en asbest. Vakbonden en werkgevers adviseren de overheid hierover al decennia.
Maar de grootste vakbond van Nederland zou „tegen een muur van onwil” oplopen bij veel bedrijven. Zij stellen het maken van winst boven de gezondheid van werknemers, aldus FNV. Daarbij zou ook de Arbeidsinspectie veel te vrijblijvend te werk gaan bij het controleren van bedrijven.
Volgens Jong heeft FNV door de jaren heen voorstellen gedaan om de manier van werken in de commissie te verbeteren. Zo heeft de bond voorgesteld dat er ook een commissie met experts zou moeten worden opgezet. Die zou de haalbaarheid van door de Gezondheidsraad aangedragen grenswaarden voor stoffen onafhankelijk moeten checken.
Daarnaast wil FNV dat de Inspectie gevaarlijke stoffen systematisch gaat volgen en monitoren. Eind april stelde de bond daarover een ultimatum tot 1 juli aan minister Karien van Gennip van Sociale Zaken. „Maar de minister en de Arbeidsinspectie blijven volharden in vrijblijvendheid”, geeft Jong aan. „De SER zou zelf maar een expertcommissie moeten oprichten. Daarmee legt de minister de bal weer terug in de polder en verandert er niets.”
Het stoort de bond dat de informatie over de haalbaarheid nu feitelijk door de werkgevers zelf bepaald wordt. Daarbij leveren zij in de ogen van FNV informatie aan die lang niet altijd deugt. Werknemers zouden hiervan de dupe zijn. De bond verwijst naar cijfers van het RIVM waaruit blijkt dat er de afgelopen tien jaar zo’n 35.000 werknemers vroegtijdig zijn overleden aan kanker die zij opliepen op het werk.
Werkgeverskoepel VNO-NCW laat weten de stap van FNV „zeer jammer” te vinden. „Werkgevers hebben geen enkele baat bij uitval en iedereen moet veilig kunnen werken”, geeft een woordvoerder aan.
FNV wil niet vooruitlopen op hoe het nu verder moet. VNO-NCW stelt dat de processen binnen de SER in ieder geval niet zullen worden gestaakt. „Wij werken verder aan dit traject met onderzoek en experts binnen de SER want het thema is te belangrijk om te laten liggen.”
Ook Sociale Zaken reageert teleurgesteld. Maar het „stellen van ultimatums pas niet bij het overleg en draagt ook niet bij aan het komen tot gezamenlijke oplossingen”, aldus het departement van Van Gennip. Het ministerie heeft wel begrip voor de frustratie en „onderschrijft dat er verbeteringen nodig zijn”. Maar daar zou de commissie juist voor nodig zijn.
De bewindsvrouw gaat in overleg met de SER over hoe het nu verder moet.