Kabinet ziet niets in een constitutioneel hof
Het kabinet ziet de vorming van een constitutioneel hof niet zitten. Dat schrijft minister Hanke Bruins Slot (Binnenlandse Zaken) aan de Tweede Kamer. Een staatscommissie die de werking van het parlementair stelsel onderzocht, pleitte in 2018 nog voor een constitutioneel hof, dat zou kunnen toetsen of wetten wel stroken met de grondwet.
De Tweede Kamer vindt dat grondrechten van burgers te vaak worden geschonden door de overheid. Dat gebeurde onder meer met de toeslagenaffaire. Daarom vroeg de Kamer vorig jaar nog een onderzoek te doen naar de manier waarop een constitutioneel hof kan worden opgericht. Dat zou dan geschillen moeten toetsen aan de grondwet.
Het kabinet vindt dat alle rechters moeten kunnen toetsen aan de grondwet, schrijft Bruins-Slot. „Een constitutioneel hof is naar het oordeel van het kabinet geen noodzakelijke voorwaarde voor constitutionele toetsing en minder goed inpasbaar in het rechtsbestel en evenmin in het staatsbestel”. De positie van de burger ten opzichte van de overheid moet door constitutionele toetsing worden versterkt.