Bergen bedwingen met een step
Hordes Nederlanders trekken jaar in jaar uit naar Zwitserland. Wallis en Berner Oberland zijn populair. Toch levert het fascinerende bergland meer. Wat te denken van een onverwachte ontmoeting met Zwingli in Wildhaus bijvoorbeeld?
Alle ingrediënten voor een geslaagde vakantie zijn aanwezig in de regio Toggenburg, in de grensstreek met Liechtenstein. Bovendien is het aantal Nederlandse toeristen hier beperkt tot minder dan 3 procent van het totaal. Eindelijk rust, zonder duizenden hijgende kaaskoppen in je nek.
In Wildhaus bevindt de vakantieganger zich op historisch grond. In het bergdorp staat het geboortehuis van Zwingli (1484-1531). Een kilometer verderop staat een smetteloos wit geschilderd kerkje, waar de reformator vele malen is voorgegaan.
Bergtoppen steken ongenaakbaar af tegen een strakblauwe lucht. Hier en daar ligt op de ongerepte rotsformaties nog een restant sneeuw. De Toggenburger Kägi-Fret-Bahn -de eerste gecombineerde stoeltjes- en cabinelift in Zwitserland- voert wandelaars vanaf Alt St. Johann naar een uitgestrekt wandelgebied bij de zeven toppen van de Churfirsten.
Langzaam zakt het dorpje weg in de diepte. De stilte in de kabelbaan is bijna tastbaar. Alleen het ruisen van een bergstroompje verstoort de serene rust. Onverwacht rollen donkere slagen van kerkklokken uit het dal over de berghellingen. Het vakantiegevoel is compleet.
Boven is het uitzicht fenomenaal. Karakteristieke houten chalets met rode geraniums lijken tegen de massieve berghellingen geplakt, verweerde boerenbedrijven staan slordig verspreid in het landschap. In de verte doemt de besneeuwde bergtop van de ruim 2500 meter hoge Säntis op. Idyllische prenten op ansichtkaarten worden hier werkelijkheid.
Een bergwandeling voert over steile, steenachtige bergpaden, over groene alpenweiden, dan weer over smalle rotspaadjes. Alpenkoeien grazen onverstoorbaar tussen rotsblokken. Het eindeloze geklingel van de koperen koeienbellen is tot ver in de omtrek te horen.
Museumspoorbaan
De regio biedt behalve natuurschoon voldoende vertier voor het hele gezin. Neem bijvoorbeeld de grootste museumspoorbaan van Europa in Lichtensteig. Grote kerels spelen met kleine treintjes. De pakweg tien, vijftien treinen rijden volautomatisch over de 1000 meter lange spoorbanen op 500 vierkante meter, waarbij ze een hoogteverschil van 65 centimeter overbruggen.
Het systeem is zo geconstrueerd dat twaalf treinen op hetzelfde moment het 22 meter lange stationsgebied met gebouwen en perrons passeren. Een aangelegd landschap ontbreekt. „Dit is geen modelspoorbaan, maar een museumspoorbaan”, legt de directeur van de Model Train Club uit. „Wij willen hiermee 50 jaar technische ontwikkeling tonen.”
De verbazing slaat pas echt toe als het licht uitgaat. Langs de rails, in de treinen en op het station fonkelen een fabelachtige hoeveelheid piepkleine lampjes. In het donker racen de lichtjes over de rails, onder de meer dan 600 portalen door. Treinfanaten kunnen hier gerust anderhalf uur doorbrengen.
Een bezoek aan de Säntis is de moeite waard. Een kabelbaan overbrugt een enorm gapend gat. Op de top bevindt zich een meteorologisch instituut. Bezoekers kunnen eveneens een boeiende film bekijken over de aanleg van de kabelbaan. En over de moordpartij die zich ooit op het weerstation heeft voltrokken. Voor een bezoek aan de top is goed weer een vereiste.
Nicht futtern
Iets verderop ligt Rapperswil. De Knie Kinderzoo is aantrekkelijk door zijn compacte omvang. De veertig jaar oude dierentuin herbergt een grote hoeveelheid dieren van uiteenlopende soort. Van neushoorns tot giraffen en van kangoeroes tot hangbuikzwijntjes. ”Bitte nicht futtern”. De lama’s happen echter gretig in popcorn.
Sightseeing Zoo kan met een heuse paardentram. In een overdekte hal verzorgen walrussen hun eigen optreden. Met een vers visje als beloning. Een ritje op de schommelende rug van een gepensioneerde circusolifant is voor kinderen een belevenis. En voor volwassen. Goed vasthouden aan het leren zadel. Na hun verplichte rondje mogen de grijze dikhuiden -als dank- lekker badderen in een olifantenbadje.
Op twintig tot dertig minuten rijden van Wildhaus ligt het vorstendom Liechtenstein. Een groot aantal haarspeldbochten voert naar het populaire vakantieoord Malbun. Valkenier Vögeli treedt (van voorjaar tot herfst) dagelijks op om 15.00 uur bij Hotel Galina (uitgezonderd de maandagen) met adelaars, valken, uilen en gieren.
Een veertien jaar oude adelaar met een vleugelspanwijdte van 1,90 meter komt aanvliegen. Vögeli vangt hem op zijn leren handschoen op. Op commando spreidt de vogel zijn enorme vleugels uit. Even later volgt een valk. „Deze duikt met 280 kilometer per uur op zijn doel af”, legt Vögeli uit. Vol ontzag volgen de bezoekers de verrichtingen van de vogels.
Vogelaar Vögeli verzorgt vanaf hotel Galina ook wandeltochten voor groepen van tien tot vijftien personen. De deelnemers stappen samen met de valkenier in de Sessellift. Op een hoogte van 2000 meter toont een steenarend -„de koning van de lucht”- zijn kunnen. De kosten per groep bedragen 90 euro. Een dag van tevoren telefonisch reserveren (www.galina.li) is noodzakelijk.
Op de 200 meter hoge Sareiserjoch, bereikbaar met een vierzitsstoeltjeslift hebben bezoekers uitzicht op het drielandenpunt van Zwitserland, Oostenrijk en Liechtenstein. De kabelbaan kan bij slechte weersomstandigheden buiten dienst zijn. Maar ook vanaf het nabijgelegen Walser streekmuseum ontrolt zich -weliswaar de andere kant op- een prachtig vergezicht op het brede en onwaarschijnlijk vlakke Rheintal. Het platte, verkavelde landschap doet sterk denken aan het Hollandse polderlandschap.
Klapband
Aan de voet van de berg ligt Vaduz. Het winkelstraatje biedt liefhebbers voldoende uitdaging. Het stadstreintje in Vaduz is een absolute afrader. Niet instappen! Het locomotiefje met drie wagonnetjes rijdt langs een maïsveld, een sportpark en een nog wat nietszeggend gesnor. Jammer van het geld.
Een leuke happening voor oud en jong zijn de trottinettes, een step voor volwassenen op luchtbanden. Opstappen kan op Alp Gamplüt in Wildhaus, in de buurt van het meertje. Bezoekers kunnen op de grote steppen over een geasfalteerd bergpad naar beneden suizen. Heerlijk. Beetje oppassen geblazen is het wel. Een overmoedige deelnemer remt net iets te hard in het natte gras en vliegt met step en al pardoes over de kop. Te hard remmen is sowieso niet erg raadzaam, weet de brokkenpiloot. Met een harde knal begeeft zijn band het.
Toggenburg biedt tal van mogelijkheden -hotels, campings, vakantieparken- om de vakantie door te brengen. Voor een gezin is het Reka-vakantiepark een aantrekkelijke optie. En voor zo’n 600 euro per week in het hoogseizoen niet eens zo gek. De bezoeker kan kiezen uit 57 woningen in zeven huizen, een zwembad en een rekreatieprogramma. Het kinderprogramma is alleen gericht op Duits- en Franstalige gasten. De website van Reka biedt informatie in drie talen: Frans, Duits en Italiaans.