Juiste visie op scheiding kerk en staat cruciaal
De scheiding van kerk en staat blijkt keer op keer een lastig principe. Het wordt van stal gehaald in allerlei discussies rond publieke religieuze uitingen, vaak ten onrechte. Het zou volgens sommigen in feite betekenen dat religie achter de voordeur moet blijven. Maar dat betekent het nu juist niet: de scheiding van kerk en staat moet de godsdienstvrijheid beschermen. De staat mag geen bemoeienis hebben in de interne aangelegenheden van de kerk, en andersom.
Als er in Europa één land is waar het principe van scheiding van kerk en staat hoog staat aangeschreven, dan is dat Frankrijk. Maar juist ook daar doen verwijzingen ernaar lang niet altijd ter zake. Een voorbeeld is de controverse die deze week ontstond nadat de gemeenteraad van de stad Grenoble besloot dat boerkini’s, lichaambedekkende badpakken, in de gemeentelijke zwembaden voortaan zijn toegestaan.
Het voorstel kwam er nipt doorheen en was direct goed voor felle landelijke discussie. Een veelgehoord argument daarin was dat het besluit een aanval zou zijn op het secularisme, ofwel de scheiding van kerk en staat. Het zuidelijke departement Isère, waar Grenoble onder valt, kondigde vast aan de beslissing aan te zullen vechten bij de rechter.
Achter de tegenstand zit uiteraard angst voor de invloed van de politieke islam, die via actiegroepen als Alliance Citoyenne de samenleving zou willen veranderen. Een woordvoerder van president Emmanuel Macron zei dat het besluit in Grenoble „schadelijk” is voor „onze Republikeinse waarden.” Het zou bovendien in strijd zijn met regelgeving over hoe overheden moeten omgaan met „politieke verlangens gebaseerd op religie.”
Het is echter zeer de vraag of dergelijke redeneringen juridisch standhouden. Franse rechtsgeleerden wijzen erop dat regelgeving in zwembaden gebaseerd is op veiligheid en gezondheid en niet op religieuze overwegingen. Als een boerkini bovenstaande twee uitgangspunten niet schaadt, wordt het juridisch heel lastig een verbod te handhaven. Dat is ook altijd de lijn geweest in Nederland.
Het is belangrijk dat rechters dergelijke uitgangspunten hooghouden, wat de persoonlijke gevoelens van velen ook mogen zijn bij het verschijnen van boerkini’s in zwembaden. Als de invulling van het principe van de scheiding van kerk en staat vertroebelt, is de godsdienstvrijheid in het geding, voor iedereen.
Dit grondprincipe is ook van belang in kwesties waarin het gaat om het uitdragen van (traditionele) religieuze overtuigingen, zoals rond homoseksualiteit. De aanklacht tegen de vrijdag vrijgesproken Duitse predikant Olaf Latzel draaide om opruiing en haatzaaierij, maar raakte ook aan de godsdienstvrijheid. Uitgedragen opvattingen mogen maatschappelijk lastig liggen, maar daar moeten rechters geen boodschap aan hebben. Het is goed te merken dat dit principe zo ook in Europa lijkt te functioneren. Tegelijk is duidelijk dat het een kwetsbaar gegeven is.