Opinie

Vroegchristelijke gemeente maakte Evangelie persoonlijk

Nieuwtestamentische gemeenten stonden midden in het volksleven van hun tijd. Pastoraal, zorgzaam en getuigend. Wat kan de christelijke gemeente daarvan leren voor de huidige tijd?

Nico Grijzenhout
26 April 2022 21:16
beeld Sjaak Verboom
beeld Sjaak Verboom

In de wijze waarop de nieuwtestamentische gemeenten vroeger functioneerden, ligt een betrouwbare basisstructuur voor onze gemeenten. Dat geldt zowel voor protestantse als voor rooms-katholieke, oosters-orthodoxe en evangelische gemeenten.

Het denken en handelen in de begintijd van het christendom verschillen sterk van onze situatie. Desondanks is de nieuwtestamentische aanpak beter berekend op onze tijd dan de klassieke of moderne gemeentemodellen. Hij bevordert de doorwerking van het Evangelie aan ieder front door het gemeenteleven en het dagelijkse leven dicht bij elkaar te houden. In mijn boek ”Vitaal gemeente-zijn” licht ik deze aanpak verder toe.

Het gaat in deze basisstructuur om Jezus Christus, Gods Zoon, Die de dood overwon om de volken terug te brengen bij hun Schepper. Dus uit de dood naar het leven, tot eer van Zijn Vader! Daarin ligt de machtige betekenis van deze structuur. Dat is ook mijn drijfveer.

Vervreemding

Hoe relevant deze aanpak is, blijkt al meteen als we om ons heen zien. Want wij zijn dan wel bekend met het Bijbelse Evangelie en met de andere genademiddelen, maar de meeste mensen om ons heen niet. Het is allemaal vreemd voor hen en vaak diepmenselijk vreemd.

Gelukkig beseften de nieuwtestamentische gemeenten haarfijn hoe ze hiermee moesten omgaan. Zij maakten gebruik van activiteiten die in elke samenleving vertrouwd zijn: bijeenkomsten, maaltijden en dagelijkse contacten. Daarmee konden ze dicht bij de mensen komen. We lezen niet alleen van centrale bijeenkomsten (kerkdiensten) maar ook van spontane, doordeweekse bijeenkomsten. De groepsmaaltijden werden georganiseerd zoals de deelnemers dat zelf wilden. En er waren legio mogelijkheden om in het dagelijkse leven met anderen op te trekken.

Toegespitst

Op deze manier kan er rekening gehouden worden met plaatselijke gewoonten. Er kan afgestemd worden op de persoonlijke situatie. Het merendeel van deze activiteiten laat zich ook gemakkelijk inpassen in het dagelijkse levenspatroon. Deze aanpak voorziet zelfs in onze diepe levensbehoeften.

Via deze activiteiten had het Evangelie duizend en één mogelijkheden om door te werken onder de christenen, onder de kerkverlaters, onder zoekers en onder allerlei bevolkingsgroepen. Dus ook doordeweeks tijdens de spontane godsdienstige bijeenkomsten.

Dankzij een netwerk van liefdemaaltijden in de huizen hielden de christenen elkaar vast en versterkten zij elkaar in het geloof. In de dagelijkse relaties en contacten kwamen geestelijk zorg, lichamelijke hulp en het getuigenis tot bloei. Anders gezegd: het onderlinge pastoraat, diaconaat en getuigenis brachten het Evangelie dichtbij.

Lokaal

Het valt op dat verreweg de meeste activiteiten persoonlijke initiatieven waren, midden in de dagelijkse werkelijkheid. Er waren uiteraard wel kerkelijke activiteiten, waarvan de gezamenlijke kerkdiensten het belangrijkste waren. Een andere kerkelijke activiteit was de georganiseerde armenzorg, die overigens geen vervanging maar een aanvulling was op de spontane zorg voor de armen.

In onze samenleving komen daar andere kerkelijke activiteiten bij, zoals administratie, communicatie, scholing en beheer. De kern van de kwestie is echter dat het gemeenteleven zich in de basis dient te ontwikkelen op de wijze van de nieuwtestamentische gemeenten. Dus grotendeels daar waar de mensen wonen en leven.

Daar is de dagelijkse bedding waarin het Evangelie bekerend en vernieuwend kan werken. De ambtsdragers hebben tot taak om daarin samen op te trekken met de gemeenteleden en hen toe te rusten. Dat vraagt om een bezinning op het ambtelijk huisbezoek.

Er zijn natuurlijk situaties waarin dit huisbezoek waardevol is. Het is echter vele malen belangrijker dat de gelovigen in hun dagelijkse omgeving voldoende mensen om zich heen hebben die hen pastoraal steunen en die zij op hun beurt ook kunnen bijstaan.

Om dat te stimuleren en te verdiepen, zijn de ambtsdragers nodig. Zij mengen zich onder de gelovigen, wekken vertrouwen, zijn aanspreekbaar, verbinden, spreken over Jezus Christus, adviseren hen bij een probleem, rusten hen geestelijk toe, staan hen bij in het gebed enzovoort. Zo krijgt het gemeenteleven voortdurend nieuwe impulsen en werkt het Evangelie diep door in de huizen en harten.

Geestelijke ruimte

Het getuigt van realiteitszin dat de nieuwtestamentische gemeenten aan de genademiddelen veel ruimte gaven. Ze gingen daarmee eerbiedig en zorgvuldig om. En als dat niet het geval was, werden zij daarop aangesproken. Maar ze waren niet krampachtig. Ze benutten de mogelijkheden om het avondmaal vaak te vieren. Ook op andere plaatsen dan in de gezamenlijke samenkomsten, zoals tijdens de liefdemaaltijden in de huizen.

Verder pasten ze de bevoegdheid om het Woord en de sacramenten te bedienen ruimhartig toe. Daarbij maakten ze dankbaar gebruik van de geestelijke gaven van beroepskrachten, maar waren ze daar niet van afhankelijk. Veel bekwame christenen in diverse ambten/bedieningen en ook andere bekwame christenen hadden dezelfde bevoegdheden.

Deze ruimte was en is nodig. De Geest spoort daarmee de gemeente aan om met het Evangelie door te dringen tot in het volksleven. En ook de kerkdienst ofwel de eredienst krijgt hierdoor haar nieuwtestamentische functie terug.

Die functie laat zich vergelijken met een indrukwekkend natuurverschijnsel: een stroomversnelling in een rivier. Op deze plek wordt het water voortgestuwd dat eerst als neerslag veel vruchtbaarheid heeft gebracht in de wijde omgeving. Zo wekt de Heilige Geest met de Bijbelwoorden en andere genademiddelen overal nieuw leven onder de bevolking.

Christenen trekken op met elkaar én met vele anderen. Geïnspireerd om Jezus Christus te volgen. Gedreven om mensen te behouden. Verlangend om de jonge generaties bij de Verlosser te brengen. Bewogen om de kwetsbaren bij te staan in hun gevecht tegen zonden, eenzaamheid en armoede.

In de kerkdiensten komt dat samen, zoals in een stroomversnelling. Hoe krachtiger de genademiddelen kunnen doorwerken in de wijde omtrek, hoe sterker de functie van de kerkdiensten wordt.

De liturgie is dan ook belangrijk. Gods eer vraagt om een eerbiedige en zorgvuldige liturgie. Maar het is net zo wezenlijk voor Zijn eer dat in de liturgie rekening wordt gehouden met de zwakken, zoekers, wanhopige zondaren en buitenlandse christenen.

Kortom, op deze basisstructuur kun je als christelijke gemeente anno 2022 vertrouwen. Ook als gemeente in de krimp. Laten we dat dan ook daadwerkelijk doen, in afhankelijkheid van Gods Geest.

De auteur is evangelist te Veenendaal. Dit artikel is een samenvatting van een lezing die hij op 23 april hield op het symposium ”Werken aan de kerk van morgen” in Veenendaal.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer