Zorg bij UNICEF om ‘onzichtbare’ Oekraïense vluchtelingkinderen
Kinderrechtenorganisatie UNICEF maakt zich zorgen over Oekraïense kinderen die zonder ouder of vertegenwoordiger in Nederland zijn. Volgens UNICEF zijn deze onbegeleide kinderen niet in beeld bij opvangorganisaties en zijn ze een makkelijke prooi voor mensenhandelaars en andere uitbuiters.
UNICEF heeft geen cijfers van het aantal kinderen waar het om gaat. Ook verantwoordelijke instanties als de Raad voor de Kinderbescherming en voogdij-instelling Nidos hebben er nauwelijks zicht op, aldus UNICEF. Volgens een woordvoerder van Eric van der Burg, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, worden er geen cijfers van bijgehouden, behalve over het aantal kinderen dat is doorgestuurd naar hulpverlening door Nidos. Dat zijn er tot nu toe bijna twintig.
In andere landen zoals België, zo weet een woordvoerster van UNICEF, zijn driehonderd onbegeleide Oekraïense kinderen geregistreerd. „Dat, opgeteld bij de grote aantallen vluchtelingen die in korte tijd in Nederland zijn aangekomen en het beeld dat we hebben van onbegeleide kinderen die worden gesignaleerd in de grensstreken rond Oekraïne, doet onze zorgen toenemen. Daarbij is niet altijd duidelijk dat kinderen niet met eigen ouder of wettelijk verzorger reizen. Ze zijn dan wel met volwassenen mee.”
UNICEF zou graag zien dat alle onbegeleide kinderen door de gemeente of door de particulieren waar zij verblijven worden doorverwezen naar de Raad voor de Kinderbescherming of Nidos. Daarom is meer voorlichting en informatie nodig en in de gemeentelijke opvang moet de juiste kennis en kunde aanwezig zijn om onbegeleide minderjarigen te kunnen signaleren en begeleiden. Ook moet er meer gecentraliseerde voorlichting vanuit de overheid komen, zo stelt UNICEF.
De Tweede Kamer debatteert donderdag over de opvang van Oekraïense vluchtelingen.