Bijbels mensbeeld basaal voor omgaan met psychologisch mensbeeld
”Leerkracht ervaart spanning tussen psychologisch en Bijbels mensbeeld", stond boven het interview met Petronelle Baarda over haar promotieonderzoek. Een herkenbare spanning, die vraagt om huiswerk voor scholen.
Zelfontplooiing en zelfverwerkelijking zijn termen uit de positieve psychologie die in de huidige maatschappij hoog op de agenda staan. Het beste uit jezelf halen en je eigen geluk uitwerken, zijn doelen die nogal eens (onbewust) nagestreefd worden. Helaas ook binnen het christelijk-reformatorisch onderwijs.
We hebben waardering voor het onderzoek dat Petronelle Baarda heeft uitgevoerd (RD 11-4). Het is terecht dat het omgaan met positieve psychologie en het hanteren van een Bijbels mensbeeld spanning opleveren. De positieve psychologie zoekt naar wat mensen gelukkig maakt, maar hanteert daarbij de Bijbel niet als uitgangspunt.
Terecht wijst Baarda erop dat waar geluk niet is het tot bloei laten komen van het kind of het jezelf goed voelen en goed kunnen functioneren. Het ware geluk is alleen mogelijk wanneer de door de zonde verbroken gemeenschap met God in beginsel weer hersteld mag worden, uit vrije genade, op grond van het bloed van Christus. Begrippen als zelfontplooiing en het eigen geluk uitwerken, passen hier niet bij. Die conflicteren met wat de Bijbel ons hiervan laat zien.
Zelfbeeld
Het is positief dat leerkrachten aangeven dat ze allereerst beseffen met kinderzielen om te gaan, waarbij het erom gaat dat ze God leren kennen. Bezinning vanuit dit perspectief kan voorkomen dat er besluiten genomen worden die voor de onderkende spanning zorgen. Die bezinning zal daarnaast bijdragen aan het maken van meer verantwoorde keuzes voor methodes en werkwijzen die ingezet worden en besprekingen die gevoerd worden. Dit zal minder spanning opleveren tussen het Bijbelse en het psychologisch mensbeeld.
Het is zorgelijk als in het onderwijs het woord ”zonde” niet of nauwelijks meer gebruikt wordt vanwege de bezorgdheid dat dit woord bijdraagt aan een negatief zelfbeeld. Hoe verhoudt zich dat tot het Bijbels mens- en kindbeeld?
Bevrijdend
Een Bijbels mens- en kindbeeld spreekt van de „verdorven aard” van mensen als uitgangspunt bij het onderwijzen en opvoeden van onze kinderen. Zij zijn met alle andere mensen dood door de misdaden en de zonde en hebben in de weg van wedergeboorte en bekering de verlossing door het bloed van Christus nodig. Wanneer dat gekend wordt, mag het uitzicht op de Ander, als Middelaar en Plaatsbekleder, bevrijdend gekend worden. Dat is juist een notie die we onze kinderen voor moeten en mogen houden en waarmee ze vanuit thuis en kerk ook bekend zijn. Daartegenover staan denkbeelden uit de positieve psychologie die uitgaan van maakbaarheid, het goede in de mens, autonomie als hoogste doel en je eigen geluk uitwerken.
Ondanks de geestelijke doodstaat van de mens zijn gewetensvorming en opvoeding nog mogelijk. Die heeft God in Zijn goedheid nog gelaten (Dordtse Leerregels III/IV, art. 3-4). Er is nog een mogelijkheid om vormend bezig te zijn en kinderen te leren omgaan met zichzelf met evenwichtig vertrouwen op hun kennen en kunnen. Zo kan er psychologisch gezien een gezonde vorm van zelfvertrouwen ontstaan in lijn met wat de Bijbel ons leert met het oog op ons mensbeeld. Dat dit in de ontwikkeling van kinderen niet altijd goed verloopt en er ondanks alle inspanningen ook veel verdriet over is, weet elke opvoeder, elke hulpverlener en elke onderwijsadviseur.
Oproep
Het onderzoek van promovenda Baarda laat zien dat leerkrachten hun onderwijs en opvoeding willen doortrekken met de christelijke identiteit. „Ze weten alleen niet hoe”, zo staat er in het slot van het interview.
We willen leerkrachten (en tegelijk ook onderwijsondersteuners en leidinggevenden) oproepen om (meer of weer) met elkaar in gesprek te gaan op basis van Bijbels gefundeerde bezinning. Dit is nodig om goed geworteld te zijn en blijvend gevoed te worden.
Maak ruimte voor gesprekken die ertoe doen. We denken dat de genoemde spanning en worsteling breder leven dan alleen bij de dertien geïnterviewden. Identiteit is de hoofdreden waarom de christelijk-reformatorische school er is en waarom ouders voor deze school kiezen en de leerkracht er werkt.
Bezinning op de doorwerking van de schoolidentiteit, inclusief de doorvertaling naar de praktijk van alledag, zou een vast onderdeel moeten zijn van teambijeenkomsten. Dit kan bijvoorbeeld aan de hand van korte (bezinnende) teksten en enkele gespreksvragen of stellingen die tijdens een week- of maandsluiting met het team besproken worden. Bespreek met elkaar de ervaren worsteling. Reflecteer op de praktijk en zoek in de Bijbel en belijdenisgeschriften naar antwoorden op de vragen die leven.
Na bezinning kan bezien worden of waardevol lijkende interventies ingezet zouden kunnen worden en vervolgens de wijze waarop. Een kritische blik is nodig om te kijken hoe deze interventies zich verhouden tot het Bijbelse mensbeeld.
Kortom: Laten we ervoor waken dat we het Bijbelse mensbeeld als uitgangspunt (blijven) hanteren.
De auteur is manager afdeling Scholen bij KOC Diensten.