Nieuwe richtlijn PKN voor check vermogen
In de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) is sinds 1 april van dit jaar een nieuwe richtlijn van kracht voor gemeenten die een solvabiliteitsverklaring, een verklaring of een gemeente financieel gezond is, bij de classis willen aanvragen.
Dat maakte de PKN deze week bekend op haar website.
Als een gemeente een nieuwe predikant wil beroepen, wil het breed moderamen van de classicale vergadering eerst weten of een gemeente ook op lange termijn aan haar financiële verplichtingen kan voldoen. Een kerkenraad moet hiervoor haar financiën voorleggen aan het classicale college voor de behandeling van beheerszaken (CCBB). Die kan dan vervolgens een zogeheten solvabiliteitsverklaring afgeven.
Vanaf 1 april 2022 is er voor de aanvraag van een solvabiliteitsverklaring een nieuwe richtlijn van kracht. Hierin staan criteria waaraan een kerkenraad moet voldoen voordat het CCBB de aanvraag gaat beoordelen. Het gaat dan om noodzakelijke documenten die een kerkenraad moet tonen, zoals een meerjarenraming die via het financieel rapportage- en informatiesysteem FRIS van de PKN moet worden ingediend.
Bij de beoordeling van een solvabiliteitsaanvraag kijkt het CCBB naar criteria als: kan een gemeente volgens de meerjarenraming de aangevraagde formatie gedurende een periode van acht jaar betalen. „Hierbij kan ook het vermogen worden ingezet. Ook na die acht jaar moet er zicht zijn op het kunnen doorbetalen van de predikant voor ten minste drie jaar, zonder dat de gemeente in financiële problemen komt.”
De af te geven solvabiliteitsverklaring heeft een geldigheidsduur van 1 jaar. Verlenging met nog een jaar behoort tot de mogelijkheden.
Door verschillende predikanten is op Twitter kritiek geuit op de nieuwe richtlijn. Zo zegt ds. Klaas-Willem de Jong, docent kerkrecht aan de Protestantse Theologische Universiteit: „Het is vreemd dat een zo verstrekkende regeling zonder expliciet besluit van een ambtelijke vergadering aan de kerk kan worden opgelegd.”
Ds. Arjan Berensen, predikant en hoofdredacteur van het platform Theologie.nl, is het met hem eens en vraagt zich af of betrokken partijen dit kunnen aankaarten op de synode. „De aloude route kerkenraad-classis-synode lijkt wat vergeten.” Ds. L. Plug, predikant van de hervormde gemeente Barneveld: „Is er kerkordelijk te veel ruimte gegeven aan het CCBB of heeft het CCBB te veel ruimte ingenomen? Ik kan niet meer keuzes bedenken.”
Ds. Ruben Schep, predikant van de protestantse wijkgemeente De Oosterkerk in Capelle aan den IJssel vindt het „sowieso redelijk revolutionair dat eigen vermogen ook mag worden ingezet. Bovendien zou mijn vraag zijn hoe betrouwbaar een achtjarige prognose is.”
Ds. Plug: „Jozef kon veertien jaar prognotiseren. Maar ja, die Treumdeutung is een gave waarvan ik vermoed dat menig kerkenraad die niet bezit.”
Ds. Christiaan Post, predikant van de protestantse Gemeente te Lutten, Slagharen en Schuinesloot: „Straks gaan alle gemeenten uit voorzorg een predikant parttime aanstellen (terwijl ze 100 procent inzet hebben), is de motivatie om te verhuizen nog minder, is er nauwelijks nog perspectief door opgelegde regels en zijn met name jongere predikanten de dupe. De rest is met pensioen.”