Waarom de Oekraïners zo welkom zijn
Waardoor staan de deuren voor de Oekraïners wagenwijd open en voor andere vluchtelingen slechts op een kier, of zelfs dat niet eens? Lastig te verklaren, vinden zelfs degenen die dag in, dag uit met asielzoekers omgaan.
Woest was de man die opsprong nadat hij een Afrikaanse vluchteling die op het eiland Malta was beland, hoorde vertellen wat hij had meegemaakt. En directeur Jan Pieter Mostert van Stichting Gave zat erbij en vroeg zich af: Waarom ben ik niet woest? „Ik moest tot de conclusie komen: die man uit Afrika is zwart en ik ben blank; zijn verhaal staat kennelijk zo ver bij me vandaan dat het me onvoldoende in beweging brengt. Maar als je op de Heere Jezus wilt lijken, moet je openstaan voor alle mensen. Niet dat we onze grenzen maar voor iedereen moeten openstellen, maar we moeten iedereen wel als medemens zien.”
Uniek is de grote compassie voor de Oekraïners overigens niet. „Toen de foto de wereld rondging van het Syrische jongetje dat op het strand van Lesbos was aangespoeld en toen in Oostenrijk dode Syrische vluchtelingen werden gevonden in een vrachtwagen, was er ook mededogen. Een particulier initiatief leverde in Nederland toen tienduizend opvangadressen op, ook al hield de overheid zich erbuiten. Toen afgelopen najaar in Afghanistan de taliban weer aan de macht kwamen, hadden veel mensen er ook vrede mee dat er Afghanen naar Nederland werden geëvacueerd. Maar in zijn algemeenheid kun je wel vaststellen dat de ene groep meer mededogen ontmoet dan de andere.”
Dichtbij
Momenteel vluchten veel Turken die het onder president Erdogan moeilijk hebben. Jonge Eritrezen vertrekken uit hun land om aan de militaire dienstplicht te ontkomen, die veel weg heeft van slavernij. Jemenieten zoeken een goed heenkomen omdat er al jaren heftig oorlogsgeweld in hun land is. Wereldwijd zijn 80 à 90 miljoen mensen op de vlucht.
Waarom het drama in Oekraïne dan zo aanspreekt? „Het gaat om blanken, in Europa, uit een land dat mogelijk tot de Europese Unie gaat behoren, en velen zijn christen, al is het oosters-orthodox. Er zijn dus veel raakvlakken waarmee West-Europeanen zich kunnen identificeren. En dat spreekt kennelijk meer aan dan wanneer er een grotere culturele kloof is.”
Vrees voor de Russen kan ook een rol spelen, beaamt Mostert. „Dan gaat het ook over onze eigen veiligheid. Uit solidariteit gaan we schouder aan schouder staan met de Oekraïners.”
Haken en ogen
De overheid stimuleert de opvang door particulieren. „Ze moet wel, want de asielzoekerscentra zitten boordevol”, zegt Mostert. „We weten ook niet hoeveel Oekraïners er nog komen. Het aantal 50.000 is genoemd, maar achter de schermen wordt ervan uitgegaan dat dit een veelvoud kan worden.”
Overheidsinstellingen kunnen die stroom niet aan. Het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) is alle gemeenten langsgegaan, maar er zijn onvoldoende locaties beschikbaar. „Het lukt gewoon niet om genoeg plek te vinden. Deze week kwam er nog een noodkreet uit het asielzoekerscentrum in Ter Apel, omdat het stampvol zit.”
Daarom is opvang in gezinnen welkom. „Ik hoor van andere asielzoekers wel dat ze het pijnlijk vinden dat voor Oekraïners de deuren makkelijker opengaan dan voor hen”, zegt de directeur van Stichting Gave. „Maar ook de andere kant: twee gezinnen van voormalige asielzoekers vertelden me dat ze Oekraïners willen opvangen omdat ze zelf weten wat het is om vluchteling te zijn.”
Aan de opvang door particulieren zitten volgens Mostert wel veel haken en ogen. „Besef waar je aan begint, want dit gaat langere tijd duren. Laat je verstand spreken, want alleen op gevoel ga je dit niet volhouden. Bij trainingen van gastgezinnen adviseren we mensen duidelijke afspraken te maken en ervoor te zorgen dat de financiële kant goed geregeld is. We geven ook de Oekraïners advies hoe ze zich moeten opstellen.”
Vreemdelingschap
Nederland heeft vaker voor de opgave gestaan grote aantallen vluchtelingen onderdak te bieden. „De toestroom van Belgen bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog in 1914 was vele malen groter dan het aantal Oekraïners nu, zeker in verhouding tot het toenmalige inwoneraantal van ons land.”
Stichting Gave wil christenen bewust maken van de roeping vluchtelingen te ontvangen en biedt hulp aan bij het contact met hen. Directeur Mostert zegt vaak aan de Bijbelse term ”vreemdelingschap” te moeten denken. „We kunnen ons in eigen land thuisvoelen, maar ten diepste is een christen vreemdeling op aarde. Dat is een pijnlijke les: het leven hier is niet het hoogste doel. Wie dat beseft, moet zich ook openstellen voor mensen die als vreemdeling naar ons land komen. We zijn een van de rijkste regio’s ter wereld; noodhulp moet ons dan ook wat mogen kosten.
Dat doet niets af aan het feit dat de vluchtelingenstromen enorme problemen vormen. Wij hebben daar geen gemakkelijke antwoorden op. We zijn er zeker geen voorstander van dat iedereen maar wordt binnengelaten. Maar bij het volgen van Jezus hoort wel dat we oog hebben voor mensen in nood.”